24 feb[ruari] 1747 No 69
ook | Gabriel de Bruijn en Hendrik Croesegeweesenetabaks werkers beijde van competenten ouder dom en woonende binnen deese stadt hij eerste getuijge op de Rapenburger gragt en hij tweede getuijge in de langedijkstraat en hebben ten ver soeke van Jan Oijevaar woonagtig alhier in de voetboogstraat en sijnde ten deesen present voor de opregte waarheijd getijgt en verckaart Dat sij getuijgen den tijd van omtrent drie jaaren en wel tot maij van den jaere 1745 als knegts hebben gewerkt in tabak ten dienste van de persoon van Hendrik van der Heijde alhier en dat geduurende de voorsz[egde] tijd dat sij getuijgen alsoo ten dienste
ven de gemelde Hendrik van der Heijden sijn geweest den requirant in deesen meede ten dienste van gemelde Hendrik van der Heijden met getrou heijdt en vigilantie heeft geageert als parsser en meester knegt en dat mitsdien sij getuijgen den requirant en het ander werk volk de voorn[oemde] Hendrik van der Heijden in hunnen voorschreeve diens op uijtdruckelijke laste steeds hebben moeten gehoorsamen estimeeren en aanmerken als hunnen meester en welke Hen drik van der Heijden sig ook alle sints als meester bij sijn voorsz[egde] werkvolk heeft gedraagen | |