Archief Assendelft 231-935 / 69v pdf 10-02-2019 pag. 1

 
111

Cornelis Groenland voor zijn onmondige zoon Jakob Groenlant
verleijd de leenweere van een stukie landts (nadat de wed[uwe] van
Jan Barchman Wuijtierd de Waal geboren Boucard afstant daar
van gedaan en volkoomen geabandonneert hadt) zijnde hooilandt genoemt
Jmmeties maat gelegen in den banne van Heemskerk in de klijne
made groot 584 roeden belend ten w[esten] Croeselaars kamp ten
n[oorden] de maatweg Jacob Groenland meerderjarig geworden
vernieuwt de hulde door zijn vade in zijn minderjarigheidt
gedaan wordende di dus bij dezen daar van ontslagen
 

fol[io] 659[er]so
 

                    Cornelis Groenland voor sijn onmondige soon Jacob Groenland
Jan Deutsz van Assendelft vrijheer van Assendelft en Assunburg heere van
Heemskerk Hoog en Noordorp mitsg[aarders] Reewijk etc. etc doen te weeten dat
wij door onsen lieven en getrouwen Jan Willen de Vaux stadhouderen registerm[eeste]r
van onse leenen ( naar dat de wed[uwe] van Jan Berkman Witierd de Waal geboren
Boucart den 24 feb[ruari] deses jaars bij geschrifte vaan den weledelen gestr[enge] heer als
vorige besitter van een stukje lands hiernaa te specificeren afstand gedaan
en toendmaal gebandonneert had) Cornelis Groenland op sijn versoek als
vader en voogd over sijn minderjarigen soon Jacob Groenland woonende beijde
tot Heemskerk behoudens ons in een ijders sijns regts verleijd en verleent
hebben gelijk wij doen mits desen onsen brieff met de leenweer van een
stukje hooijland genaamt Jmmetjesmaat gelegen in den banne van Heemskerk
in de kleine made groot volgens t morgen boek van voorsz[egde] ban 584 roeden
belent ten w[esten] Croeselaarskanmp en ten n[[oorden] de Maadwegh te houden van ons
en onse nakomelingen vrijheeren en vrijvrouwen van Assendelft ten onser
sterfelijken erfleen te verheergewaden als t regt is ende hier aan soo
heeft ons Corn[eli]s Groenland hulde eed en manschap gedaan voor den minderjarigen
soon Jacob Groenland oud elff jaaren ( vermits dat deselve wanneer tot sijn
meerderjarigheit gekomen sal zijn den eed aan ons sal hebben te vernieuwen)
in handen van onsen stadhouder en registerm[eeste]r hier waaren aan bij en
over d heer Nicolaas Wildeman en Floris Spanjerberg leenmannen
van onsen huijse in kennisse der waarheit hebben desen mit onsen
leenzeegel bevestigt den 17 maij 1729

Op huijden den 1 aug[ustus] 1744 compareerde voor ons onderget[eken]t Barent Werendlijn als lasten procuratie hebbende van den
weled[ele] heere jonker Jacob van Veen registerm[eeste]r van de leenen van den huijse van Assendelft Jacob Groenland de welke
de blijken dat hij gekomen was tot sijnen mondigen dage en heeft in qualitijt voorsz[egd] aan onse handen hulde en
manschap vernieuwt en gedaen soo dat behoort in plaatse van sijne vaeder Cornelis Groenland die sulx tentijde
van sijne minderjaerigheijt als vader en voogd voor sijn minderjaarige soon hadde gedaen en op sig gen[omen]
volgens inhoude deeses leenbrieff ter leen register gereegistreert van dato den 17 maij 1729 werd ende derhalve
door deesen sijne gemelte vaeder daer van ontslaegen ter presentie en overstaan van de heeren leenmannen
Aarnoet Langevelt en Theodorus van Holland als leenmannen van den huijse van marquette in kennisse
der waarheijt hebb ik deesen getekent datum ut supra         B Werendlijn

Op huijden den 1 aug[ustus] 1744 compareerde voor ons onderget[eken]t Barent Werendlijn als last en
procuratie hebbende van den wel ed[ele] gestr[enge] heere jonker Jakob van Veen baljuw en schout
mitsgaders registerm[eeste]r van de leenen van den huijse van Assend[elf]t Jakob Groenland de welke
deede blijken dat hij gekomen was tot sijnen mondigen dage en heeft in qualitijt voorsz[egd]
aan onse handen hulde en manschap vernieuwt en gedaen soo dat behoort inde plaats
van sijn vader Corn[elis]z Groenland die sulkx tentijde van sijne minderjaerigheijt als vader
en voogd van sijn minderjarige soon hadde gedaan en op sig genomen volgens de laaste
leenbrieff ter leen register gereegistreert van dato den 11 maij 1729 werd ende derhalven
door deesen sijne gemelte vaeder daer van ontslagen ter presentie en overstaan van de
heeren leenmannen n:n: als leenmann en van den huijse n:n: in
kennisse der waarh[ei]t hebben wij desen met onse name getekent datum ut supra

Dit deur gehaald moest hier niet weesen maar op de leen brieff van
Groenland sijn soon den 17 meij 1729


Homepage | E-mail