de custingb[rief] 1519 g[u]l[den] is volgens hpotheek van de gerechte van den 12 decemb[er] 1665 geordonnneert afgeslote werden | es belast mitte lasten op t huijs aende bredestraet opten hoeck staende hier vooren fol LXXI is vercost bij Sanuel Ferdinandus Visscher aen Carel van Sevenen laeckenbereijder ende Jan Henricx huijckemaecker vrij behoudel[ijk] dat de copers moeten
gedogen de hijpothecatie van twee pachten d een competerende de Pieterskercke ende d andere Foij van Brouckenhoven die principael huijs moet indemneren ende comot de voorsz[egde] kerck in cas voor vercopinge den X/en penning ende t recht van t verboucken IIJ g[u]l[den] boven alle t selve om een somme van XV/s XIX g[u]l[den] te betalen IIJ /c g[u]l[den] gereet ende IJ /c g[u]l[den] t j[aa]rs meije 1606 t j[aa]r | 9.5.1605 |
de gecass[erde] renteb[rief] van XXV g[u]l[den _ s[tui]vers is alh[ier] verth[oont] den 8:7:1665 | is bij Carel van Seven ende Jan Henrickz hoijckmaecker vercost aen Davidt des Ursijns hoedecramer geaffecteert mitte voorsz[egde] twee lasten pachten mit recht als boven om rech[ten] | 5.7..1611 |
| is bij Davidt des Ursijns special[ijk] belast mit een lostrente van XXX g[u]l[den] 8 st[ui]vers vallen den XXIIIJen novemb[er] om Huijch van res[?] veertich siet aengaende seeckere precarie concessie deser huijsinge t prepilegie bouck d fol[i]o 230 | 25.11.1622 |
de gecass[erde] renteb[rief] van XXXVIJ g[u]l[den X s[tui]vers is alh[ier] verth[oont] den 8:7:1665 | is bij Davidt des Ursijns special[ijk] belast meit een losrente van XXXVIIJ g[u]l[den] x st[ui]vers] vallende den XXVen meije om de heere Anthonij Surickdr in de rechten
is bij Davidt des Urssijns benvens sijn___ huijs inde burchpoort soo verb_ als borge v _ Michiel des Ursijns sijn broeder voor de restitutie van XIIJc g[u]l[den] bij sijn broeder ter weescamer in Sgravenhage gelicht over sijn porte in de erffenis e hem aenbestorven door t overlijden van Pietertgen Crijnen sijn schoonmoeder in dien van tijden ende wijlen ijemandt bevonden mochten werder weder daer toe gerechticht sijnde des vervantbr[ief] is hier gecasseert vertoont den 14.1.1648 | A A 54. 26.5.1639 30.7.1642 |
| is bij hem noch als borge voor Frederick des Ursijns sijn neeff sp[eciaal] verb[] voor derestitutie van XIIJ g[u]l[den] bij hem ter weescamert tot Harderwijck gelicht ende
hem bij erffenisse op bestorven door t overlijden van Dirck van Harderwijck sijn swager indein in tijden ende wijlen gemunt bebonden mocht werden beterd daer toe gerechticht te sijn ic bij hem noch special belast beneffens sijn twee huijse inde Burchpoort met een losrente van XXXVIJ g[u]l[den] 10 st[ui]vers siaers vallende den XXen martij __ de twee naergelaten kinderen van Marijtgen Gijsbertsdr w_als de gecass[eerde] en teb[] van XXXIIJ g[u]l[den] X_ st[uiver]s is versch[enen] den | 10.6.1644 nn 243 XLV 18.2.1649 e e B 7 8.7.1665 E E 164 H |
de nevenstaende rentevrieff van XL gulden sj[aa]rs ten behoeven van Fre
derick des Urijsijns vermist wer dende is daer bij deselve David Ursijns supblicaet verleden in daer den 12.7.1653 sonder noch tans eenige novatie te intro duceren HH 112 de gcass[eerde] brieff off duplicaten is alh[ie]r gecass[eer]t verth[oond] den 8:7: 1665 | is bij hem noch als boven sp[eciaal] bel[ast] met een losr[ente] van XL g[u]l[den] siaers vallen[de] den IIJ meije losboec met VIIJ g[u]l[den] om Frederick des Ursijns
is bij hem noch aen voorsz[egde] sp[ecia]el met een losr[ente] van X g[u]l[den] s[iaa]rs vallende den XXen december om Dirck van Hoolwerff ende Reijnier Schaep losb[rief] met gegd[?] is bij hem benefens sijn twee huijsinge staende inde burchpoort sp[eciaal] bel[ast] met een losr[ente] van XXXJ gul[den] V st[uivers] t jaers vallen[de] den XIIJ januarij om Davidt Urijsijns de jonge losbaer met V gul[den] de gecass[eert] brieff van XXX g[u]l[den] is bij hem noch als vooren sp[eciaal] bel[ast] beneffens sijn twee huijsinge staenin Burchpoort sp[eciaal]vertoont den 17:7:1665 bel[ast] met een losr[ente] van L gul[den] t sjaers vallende den XIIJen januarij om do[mine] Haermanis Ursijns losbaer met VIIJc gul[den] de gecass[eerde] brieff van L g[u]l[den] sj[aa]rs is alhier verth[[oond] den
is bij do[mine] Hermanus Urchijn rector van latijnsche schoole tot Haerlem cum socijs kint kints kindere ende onder benefitie van inventaris erffgenamen van za[liger] Davidt Urchijn den Ouden vercost aen de voochden over de naer gelate minderjarige kinderen van za[liger] Pieter van Aerdensthoff notaris ten behove van selve kinderen vrij doch geass[]r alboven ende comt de p[iete[rs kerck in cas van vercoopinge den Xen penningh van alle de cooppenningen ende voor | 12.5.1649 20.11.1652 g g 334 12.2.1652 h h 48 V st[uive]rs sj[aa]rs 7 is alh[ier] 12.2.1653 HH5 tio 17.7.1665 16.5.1665 |
de gecass[eerde] custinghb[rief] van
2370 guldens alh[ie]r verth[oond] den 22:11: 1689 | t recht van verboecken drie guldens om eert IIIJc g[u]l[den] gereet ende noch een sutsinghb[rief] van IJM IIJ LXX g[u]lden ten betaelen met IJ g[u]l[den] sjaers Meije 1666 t j[aa]r teckens metten interest van tonbetaelde jegens den pen[ningen XXtigh bij overstel[ing] aen d heer Gerbrandus Armia tot amsterdam dese huijsinge is bij scheijdinge verleden voor den notaris Johannis Abbenbroeck en seeckere getuijgen op ten 22:11: 1683 tusschen de voors[zegde] kinderen aenbeteelt Johannes de Water getrout met Sara van Aerdenshoff volgens copie authentijcq alh[ie]r overgelevert den 22:11:1689 ….. | |