den 20en september 1621 dese goeden bij schout ende schepenen getaxeert eerstel[ijk]en die viertien sneesen op 380 - 0 - 0 die twe snesen saedtlandt op 50 - 0 - 0 die vijftalff s[nee]s laech landt aende wester wech op 30 - 0 - 0 facit t samen betaelt vor recht vande taxatien 3 - 4 - 0
ontfangen desen 30en penn[ingen] door handen van Jan Sijmonsz bodeter een somme van
XV gul[den] VJ st[uivers] XIJ pen[ingen] desen 23en september 1621 | Jan Sijmonsz Bode geeft ter secretarie aen deser werelt overleden te zijn Trijn Sijmons d[ochte]r zijn suster in haer leven d huijsvrouw van Jan Aeriansz Woggenum ende bij de zelve achter ghe laten te zijn aen haere vrunden ter zijden dese nae volgende goeden eerstelijcken die rechte helft
van een acker saedtlandt groot int gheheel omtren t XXVIIJ s[neese]n leggende inde leijer polder ge meen ende onderdeel mette erffg[ename]n van Pieter Lourisz haer eer[ste] man belendt comende met het eijnde aende molenworff noch die rechte helft van IX s[nee]s landts leggende inde banne van Nieuwenieudorp in de Sijlebosch omtrent die Westerwech belendt hebbende Jan Corn[elisz] Jan Reijers ten westen noch die rechte helft van een ackertgen zaedtlandt groot omtrent vier s[nee]s belent hebbende Claes Heertgis ten oosten Jacob Gerritsz ten westen actum den 21en aprili 1621 |