N Groot Facobsz

            ^{1 gros uijtgegeven}      _{folio 959}
Op den 26^ste maart 1776
compareerden voor mij Jan Zijp notaris bij den
ed:[ele] hove van Holland geadmitteert resi=
=derende binnen den schoutampte van
Abbekerk in presentie van de nabesz:[chreven] getuijgen
de e[erzame] Aafje Jacobs Appelboom weduwe Jan
Ruijter wonende te Twisk

  Te kennen gevende genegen te zijn omme
voogden en administrateurs^{te committeren}over de goederen die
haar minderjarige kints kinderen en erfgenamen van
                                  wes halven zij verklaarde daar toe te
haar comparante zoude komen te erven ^ aan te stellen
de e[erzame] Teunis Groot, Cornelis Berkhout en
Jacob Appelboom alle te Twisk wonagtigh met
magt en last omme gesamentlijk den boedel op
haar comparante overlijden ilico te doen en laten
inventariseeren en t gemene huijsraad boere
=goet en hooij sonder meer te verkoopen en de ver=
dere boedel voor kints kinderen te behouden
beheeren ende te regeeren soo ten nutte en wel
zijn der selver vevonden soude werden te behooren
ende dit alles met last en magt ingeval bij t
leven van de comparante een of meer ^^{van de voorn[oemde]}voogden over=
=leden mogte zijn en geen ander ^^{in dien plaatse ten overlijden}van de comparante
tot voogden en administreteurs gestelt zijnde dat
dan door de in leven zijn de ^^{voogt of}voogdes soo ras

doendelijk
 

doendelijk is andere bequame persoonen tot
mede voogden en administrateurs moeten wer=
=den geassumeert en gesurrogeert en ook ingeval
na t overlijden van de comparante een van de
drie voogden en administrateurs mogte komen
te overlijden telkens binnen ses weken als
er een overlijd en zoo vervolgens tot den eijnde
der minderjarigheijd van dezelve kints kinderen
toe gehouden sullen sijn telkens een ander bequam
persoon met die selve qualiteijt en magt in
der overledene plaatze te moeten assumeeren
ende surrogeeren uijtsluijtende t gergt of
weeskamer of wie eenig gezag in haar comparan
=te^{sterfhuijs en nalatenschap}soude hebben ofte kunnen pretenderen

  Aldus gedaan en gepasseert ten tijde als
in den hoofde dezes is gemelt ter preesentie
van Cornelis Neuvelregerend schepen en de
e[erzame] Coert Hendriksz: Verrevelt luijden van ge
=loove als versogte getuijgen

Aafie Jacops Appelbooms
            Kornelis Neuvel
            Coert Hendriksz Verrevelt
                  Jan Zijp _not[ari]s