sal zijn in de handen godes zijns scheppers
ende zijn doode lighaam den schoot aerden en een cristelijcke begrafenisse revocerende casserende dood ende tee niet doende bij desen alle en soo danige testamen ten en uiterste wille als hij comparant voor dato deses soude hebben mogen hebben gepasseert begerende dat deselve sullen zijn van nul en geender waerden in dier voegen of deselve nooijt gepasseert ware geweest ende opnieuws disponeren de ver claerde hij comparantvoor af te legateren maecken ende bespreecken aen Outjer Pietersz Buur man een zomme vaneen duijsentcar[oli] gulddens ende Jacob Pietersz Buurman een zomme van vijfhondert guldensende aen Dieuw Jans Steenkooper vijftien hondert guldens endeaen aef Pieters
Swans het huijs en erf daar hij testateur ijegenwoordigh in en op is wonende ende aen Jan Outjersz sone van Outjer Vreecks alle zijne sondaghs kleeren niets uijtgeson dert de kouse en schoenen in cluijs en boven al het gelt dat hij testateur ge woon is geweet bij hem te dragen ende aen de twee sonen van Henderick Koper slager wonachtigh tot Grootebroeck de zondaaghs kleeren van zijn overleden broeder zal[iger] elck de helft ende aen Jan Gertsz sone van Gerrit Coperslager mede wonachtigh tot Grootebroeck al ko__ gelt dat zijn overleden broeder ordina ris in zijn sack heeft gedragen ende inde resterende goederen die hij testa teur metter dood ontruijmen en achterlaten sal niets ter werelt uijtgesondert verclaer
de hij tot zijn erfgenamen te stellen ge lijk hij doet mits desen Pieter Outjersz Jan Outerjsz en Corn[elis] Outjers kinderen |