# zij gegrossert _et gedaen | nu[mmer]o CXLVIIJ heden den XXVIIJ en decemb[er] a[nn]o XVJ c twee ent twintich compareerde voor mij not[ari]s publ[iek] ende voorden nabeschreven getuijgen Jan Pietersz Coedijck [ venrech woonachtich tot Leijden |
// mij not[aris] ende ge tuigen wel bekent | dorp // ende bekendebij desen hij compt voont voor hem sijnen erven ende nacomelingen wel en deuchdelijck schuldich te wesen aende e[erbare] Davidt des Ursijns hoedecramerpoorter binnen der voorsz[egde] stadt Leijden off t recht dese van
hem vercrijgende ter somme van hondert gul[den] tot XL grootVlaeams t stuck__s__ ter saecke van goede gelende pen[ingen] hem comp[aran]t t sijnen |
als zo # den selven hij versoect d exceptie in resten genaemt non numeratie secuma dese was onderricht zijnde nelos
deselven sij comp[aran]t w__ bij
| volcomen genougen aengetelt # _el____ extruc__ een ende vromicheijt n plaetse van eede de versz[egde] hondert gul[den] wel ende getrouwelijck op teleggen ende te betalen opten XXVIIJ en december inden toecomstigen jare a[nn] XVJ c drieentwintich precijs ende
sonder verteck # mitsulcken of saecke ware dat de versz[egde] hondert gul[den] ten verschij dage voorsz[egd] niet preciselijc opgebracht off voldaenen mochte wesen dat hij comp in sulcken gevallen van selven verschijdach |
# mit ende beneffens de intreste van den renten te verstaen in huijden inne gaen te effecte volden[inge] toe | intersse sal betallen negens den pen sestien tot effectuele voldoeninge toe sonder dat hij comp[aran]t ten respecte vanversz[egde] selven intereste degemelde versz hondert gul[den] langer sal mogen onder houden dat het den versz[egde] Davidt des Ursijns off zijn recht vercrijgende goetduncen ende
|
| gelieven sal alles ter goeder trouwen sonder argelist onder verbant van sijn comp[aran]ts persoon ende goederen roerende on roerende jegenwoordige ende teocomende geene van dien uitgesondert noch buijten ge houden ten bedwange van alle sheeren gerechten en rechteren mitt coste schaden ende interes ten daer omme lijde ende doende consenterende hij comp[aran]t hier van gemaeckt ende aen versz[egde] Ursijns gelevert te werden behoorl[ijk] obligatie in forme aldus gedaen verleden ende gepasseert binnen der stadt Leijden versz[egd] ten huijse ende comptoire mijns notaris present Dirc Jans van Vesanevelt ende W[ille]m Willems van Slingelandt als getuijgen geloofwaerdich neffens mij not[ari]s te desen gerecht |