J Verlo | ren
In den jare onzes heeren
1773 io deb 19e november compareerden
voor mij Cornelis van Beek openbaar
notaris bij den hove van Holland gead
mitteert binnen de stad Hoorn residerende
ende de nagenoem getuigen Sijmon
Makkelijk weduwenaar en bruidegom
der eenre ende Dieuwertje Wester
meerderjarige jonge dochter en bruid
alzo ter andere zijde en wonende
de comparanten te Wognum de we[l]ke
verklaarden dat zijlieden tot hun
wederzijds genoegen zijn verdragen
ende overeengekomen omme met
malkander aantegaan een christelijk
huwelijk en het zelve te zullen vol
trekken op de naervolgende conditien
en huwelijks voorwaarden namentlijk
dat in dit aanstaande huwelijk tusschen |
143 |
de toekomende echtgenoten geen gemeenschap
van goederen zal zijn maar dat dezelve gemeen
schap in alle gevallen zal wezen en blijven
uijtgesloten mits dezen
Winst en verlies staande huwelijk te maken
ende te vallen zal gemeen zijn doch erffe
missen en aanbesterffenissen zullen voor geen
winst werden gerekend maar zijn en blijven
aande zijde van dien dieze beurd
Verders verklaarde den bruidegom inge
valle hij de eerststervende mochte zijn
met of zonder naletenschap tot een verbete
ring zal habben en genieten de somma
van achter honderd guldens
en zo wanneer de bruid de eerster
/zonder nalating van kind of kinderen in dit huwelijk geteeld
vende mochte zijn / dan verklaarde zij
bruid aan hare bruidegom tot een ver
betering te maken ende te bespreken |
| |
alles wat bij haar zal worden nagelaten
declarerede zij bruid niet anders ten
huwelijk te zullen aanbrengen als
haar aantrekkende kleederen van linnen
en wollen mitsgaders goud en zilver
tot haar lijf behoorende
en eindelijk is geconditioneert dat van ieders
aan te brengen en staande huwelijk aante
ervene goederen pertinente staat en
inventaris zal werden gemaakt die bij
hunlieden beide getekend zijnde even krachtig
zal wezen als of dezelve in dezen mede
beschreven stond
Op welke voorsz[egde] huwelijks voorwaarden
huurlieder huwelijk voltrokken zijnde
beloofden zij malkander den effecte daar
van te zullen doen en laten genieten
onder verband en submissie als
naer rechten
Gedaan in Hoorn present Jacob |
144
|
van Beek Cornelisz ende Klaas Sijmon
Swart als verzogte getuijgen
Sijmon Mackilik |
