Notarieel 277 / 169 Beverwijk pdf 05-09-2020 pag. 1

  

      att

C:V:Dijk 149

gegrost 

Op heeden den 10 aug[ustus] 1740 compareerde
voor mij Abraham Henrij Casteleijn
not[ari]s pub[liek] bij den ed[ele] hove van Holland
geadmitteert residerende binnen de steed
beverwijk ende de getuijgen nagenoemt
den e[erbare] Louris Groenland regerend scheepen
te Heemskerk ende Barent Hendrix Hoogland
m[eeste]r broodbacker aldaar
 

10 aug[ustus] 1740
 
   
out ontrent 39 jaaren
 
 
 
 
 
   
   
 
# met nog vier
persoonen

                    ^ regerend scheepen te Heemskerk
den e[erbare] Louris Groenland ^ ende Barent Hendrix
Backer Hoogland m[eeste]r broodbacker aldaar te Heemskerk
ende bijde aldaar woonende mij not[ari]s bekent de welke
te requisitie ende ten versoeke van Cornelis van Beek
meelmoolenaar op de meelmoolen te Heemskerk
voorn[oem]t als uijt eenen mont verklaaren waar ende
waarachtig te sijn
dat sij de persoonen op sondagh den 10 julij 1740 laastle
den tegens den avonden sijn geweest aan huijsen de molenaar op de meelmoolen
te heems te Heemskerk bij den req[uiranten] in deesen dat terwijl sij de personenen
daar waaren bij haar aan de gem[elde] huijsinge moolen is
gekoomen Jacob Janse Schaap dienaar van de bailhuwinge
van Blois # dat de requi[ran]t hont leggende aan een kettingh
op de werff van de req[uiran]t vast begun te blaffen waar
op de gem[elde] Jacob Janse Schaap eerder veel vloek en
scheldwoorden aan den req[uiran]t vroeg en sijde waar om of hij sijn
hont niet vaste en hield waarop den req[uiran]t repliceerde
de hont lijt vast dat Jacob Janse Schaap verder
sijde doet het poortje open dat mijn kintje van de
                            dat immidels daarop gekomen was
werfft af ken koomen ^ waarop de req[uiran]t mede sijde
sulx niet te doen dat de kint er van op gekoomen was ook
weder van daan kon koomen dat de gem[elde] Jacob Janse
              werder onderweil lasteren ontlieten
Schaap ^ het poortje selfs opende en sijn kintje daar
van de werf af liet koomen dat den req[uiran]t merkende
gem[elde] Jacob Janse Schaap over tgemelde gepasseerde scheen niet
wel tevreeden te sijn versogt hem in sijn huijs te koomen
met aanbieding van hem een glas bier of genever te
schenken welk hij van bijde hij begeerde daarop Jacob
Jans Schaap
onder wel vloek en schelt woorden weder
sijde t heb de dit en dat van u drank komt nu je
 

 
 
 
 
 
 
met sij bijsijnde geseldschap
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
# sonder de req[uiran]t
eenig gevaar te sijn
defense had of
gebruijke                 reets
 
 
# die nog even verwoed
na den req[uiran]t sloeg en stak
 
#
uit wat van daar ___
te sallen werden gequest

werff maar aff heffende immiddels sijn rostuigh op
om den req[uiran]t daar meede te slaan dat dan het bij sijnde
geseldschap van Jacob Schaap wert verhindert die het
deselve inmiddels bij sijn rock voorttreckende weg op
dat gem[elde] Jacob Schaap int voortgaan tegens de
req[uiran]t riep ik sal je wel nader krijgen en daarop
is heen gegaan sijnde sij beijde deposanten en den
req[uiran]t wijnig tijt daar na meede van de huijsinge
van de req[uiran]t af gegaan de weg op an naar dorp van
Heemskerk te gaan dog nog wijnig wegh gegaan sijnde
                        op deweg                                    met sijn bij sijnde geseldschap
hebben daar ^ de gem[elde] Jacob Janse Schaap ^ weder ontmoet
die hen deposanten en den req[uiran]t op wagte en bij malkanderen
weder gekomen sijnde begon Jacob Schaap opniew den req[uiran]t
weder te schelden ende te laperen en te seggen ben je daar
___ verder ropende tegens een van sij bijsijnde geseldschaap
haar nouw of waar op den ___ reqeersten deposant die inmiddels
een tree toeveel voort was gegaan omkeek en sij bij de deposanten sagen dat
Jacob Schaap in sijn een hant de bloote houwer en in sijn andere hant
___ een bloote mes hadden met deselve met gemelt slaande en steekende
na den req[uiran]t # dat de req[uiran]t vrouw die op het gewelt daar
meede bij sijnde was gekoomen den req[uiran]t aan sijn lijff vast hielde
lammenteerende en klagende geweldig dat haar maan door
Jacob Schaap met een bloote kuiwer en mes wert geattaqueert
dat den req[uiran]t van sijn vrouw weder los raakte onder het ge bloote
geweer van Jacob Schaap lopende # hem het selven afnam #
                        op deweg                                   en sulx degun kinden
en mesaan een van
en inmediaat weder over gaff ^ __ bij sijnde geseldschap van
                   en wat wiert ten hand geste___ ^ sulx sijn geweer quijt sijnde
Jacob Janse Schaap onber__ dat Jacob Janse Schaap ^ ___ daar gilur
sijde tegen de req[uiran]t mmoolenaar slaat mijn nouw met gaat met mijn nade
Star toe ik sal een slapbier voor u geven waarop den req[uiran]t
sijde ik sal u niet slaan ___ en sijn alsoo met elkanderen en bij sijnde geseldschap gegaan
na Heemskerk tot voorde herber de star
 

#sijnde sij deposanten
die tijt daar meede
present

 

 

 

 

 

 

 
na een wijnig toevens
 
met den
 
 

compareerde meede nog voor mijn not[ari]s en getuijgen de e[erbare] Cornelis
Schoorl
hostes in de herber de Star tot Heemskerk aut ontrent
65 jaaren ende de e[erbare] Engel Pieters Henke schoenakers
gesel out omtrent 29 jaaren meede aldaar woon[agtig] welke mede in requisere
over sulke als men als uijt eenen man verklaaren waar
ende waarachtig te sijn
dat op ee sonden avond avond sijnde geweest den 10 julij
1740
laastleden den avonds de klock tussen agt en negen uijren
voor de herberg de Star tot Heemskerk gekomen sijn Jacob Janse
Schaap
dienaar van de justitie van Blois met de moolenaar
van Heemskerk req[uiran]t in desen en nog verschijdeandere personen # gaande te
Cornelis van Beekreq[uiran]t in desen ___ banne van Heemsker op een stoel
voor den deur van de herbergh de Star neer sitten waar op Jacob Schaap
tegen Cornelis van Beek den req[uiran]t in dese sijde kom hier voren
donderse schelm ik sal is nouw wel krijgen slaande
het het bloore mes het welk hij in sijn eene hand had op
de hiel van sijn schoen en met descheede van sijn houwerze
hij in sijn ander hand hield op de gront en gaande daar
op van t
waarop Cornelis van Beek replueerde ik wil gaer over
met u hebben dat daarop Jacob Schaap onderveel
scheld woorden laperen en sneeren is heen gegaan de weg op
dat gem[elde] Jacob Janse Schaap daarop des nagt de klock
omtrent tussen elft en twaalft uijren weder is gekomen
tot voor de herberg de star voorn[oem]t en aan hen deposanten
ieder int bijsonder gevraagt of heer daar no was deurcerende
daar meede den voorn[oemde] req[uiran]t verder daar bij wegende
wat moveert mij dat ik hem niet doorsteek als
hij de deur uijt komt dat daarop de gem Jacob Schaap
weder is heengegaan en de voorn req[uiran]t der ___ __
                                                           ^doen sijn overstac dat Jacob Schaap weg was
tweede deposant en nog een persoon ^ verder ter huijs sijn uijt gegaan
en na sijn req[uiran]t huijs gebragt
 

ijndigende sij deposanten een ider van hen sijn gegeve
verklaaringe geevende van redenen van wel wetenschap
een ieder van hun sijn gedeposeerde selff gekent gesien
en bij gewoont te hebben en als noch in verse geheugen te
sijn ^en voors[zegd] als in den text berijt sijnde een ieder van hun sijn gedepaseere des
nooden en nader daar toe versogt sijnde met eede te
sterken aldus gedaan en gepass[eer]t in heemskerk op ter presentie
van Floris Claassen Twiks en Jan van Kerkhoff
als getuigen

L Groenlandt        
Barent Hendrickse
        
dit merk bij + Cornelis Schoorl
selfs gestelt                
Engel Pieterse Henke
Floris Klase Twjsck          
Jan van Kerckoff    
Abraham Henrij Casteleijn        

not[ari]s pub[liek]                  


Homepage | E-mail