10 aug[ustus] 1740 out ontrent 39 jaaren # met nog vier persoonen |
^ regerend scheepen te Heemskerk den e[erbare] Louris Groenland ^ ende Barent Hendrix Backer Hoogland m[eeste]r broodbacker aldaar te Heemskerk ende bijde aldaar woonende mij not[ari]s bekent de welke te requisitie ende ten versoeke van Cornelis van Beek meelmoolenaar op de meelmoolen te Heemskerk voorn[oem]t als uijt eenen mont verklaaren waar ende waarachtig te sijn dat sij de persoonen op sondagh den 10 julij 1740 laastle den tegens den avonden sijn geweest aan huijsen de molenaar op de meelmoolen te heems te Heemskerk bij den req[uiranten] in deesen dat terwijl sij de personenen
daar waaren bij haar aan de gem[elde] huijsinge moolen is gekoomen Jacob Janse Schaap dienaar van de bailhuwinge van Blois # dat de requi[ran]t hont leggende aan een kettingh op de werff van de req[uiran]t vast begun te blaffen waar op de gem[elde] Jacob Janse Schaap eerder veel vloek en scheldwoorden aan den req[uiran]t vroeg en sijde waar om of hij sijn hont niet vaste en hield waarop den req[uiran]t repliceerde de hont lijt vast dat Jacob Janse Schaap verder sijde doet het poortje open dat mijn kintje van de dat immidels daarop gekomen was werfft af ken koomen ^ waarop de req[uiran]t mede sijde
sulx niet te doen dat de kint er van op gekoomen was ook weder van daan kon koomen dat de gem[elde] Jacob Janse werder onderweil lasteren ontlieten Schaap ^ het poortje selfs opende en sijn kintje daar van de werf af liet koomen dat den req[uiran]t merkende gem[elde] Jacob Janse Schaap over tgemelde gepasseerde scheen niet wel tevreeden te sijn versogt hem in sijn huijs te koomen met aanbieding van hem een glas bier of genever te schenken welk hij van bijde hij begeerde daarop Jacob Jans Schaap onder wel vloek en schelt woorden weder sijde t heb de dit en dat van u drank komt nu je |
met sij bijsijnde geseldschap # sonder de req[uiran]t eenig gevaar te sijn defense had of gebruijke reets # die nog even verwoed na den req[uiran]t sloeg en stak # uit wat van daar ___ te sallen werden gequest | werff maar aff heffende immiddels sijn rostuigh op om den req[uiran]t daar meede te slaan dat dan het bij sijnde
geseldschap van Jacob Schaap wert verhindert die het deselve inmiddels bij sijn rock voorttreckende weg op dat gem[elde] Jacob Schaap int voortgaan tegens de req[uiran]t riep ik sal je wel nader krijgen en daarop is heen gegaan sijnde sij beijde deposanten en den req[uiran]t wijnig tijt daar na meede van de huijsinge van de req[uiran]t af gegaan de weg op an naar dorp van Heemskerk te gaan dog nog wijnig wegh gegaan sijnde op deweg met sijn bij sijnde geseldschap
hebben daar ^ de gem[elde] Jacob Janse Schaap ^ weder ontmoet die hen deposanten en den req[uiran]t op wagte en bij malkanderen weder gekomen sijnde begon Jacob Schaap opniew den req[uiran]t weder te schelden ende te laperen en te seggen ben je daar ___ verder ropende tegens een van sij bijsijnde geseldschaap haar nouw of waar op den ___ reqeersten deposant die inmiddels een tree toeveel voort was gegaan omkeek en sij bij de deposanten sagen dat Jacob Schaap in sijn een hant de bloote houwer en in sijn andere hant ___ een bloote mes hadden met deselve met gemelt slaande en steekende na den req[uiran]t # dat de req[uiran]t vrouw die op het gewelt daar meede bij sijnde
was gekoomen den req[uiran]t aan sijn lijff vast hielde lammenteerende en klagende geweldig dat haar maan door Jacob Schaap met een bloote kuiwer en mes wert geattaqueert dat den req[uiran]t van sijn vrouw weder los raakte onder het ge bloote geweer van Jacob Schaap lopende # hem het selven afnam # op deweg en sulx degun kindenen mesaan een van en inmediaat weder over gaff ^ __ bij sijnde geseldschap van
en wat wiert ten hand geste___ ^ sulx sijn geweer quijt sijnde Jacob Janse Schaap onber__ dat Jacob Janse Schaap ^ ___ daar gilur sijde tegen de req[uiran]t mmoolenaar slaat mijn nouw met gaat met mijn nade Star toe ik sal een slapbier voor u geven waarop den req[uiran]t sijde ik sal u niet slaan ___ en sijn alsoo met elkanderen en bij sijnde geseldschap gegaan na Heemskerk tot voorde herber de star |
#sijnde sij deposanten die tijt daar meede present
na een wijnig toevens met den | compareerde meede nog voor mijn not[ari]s en getuijgen de e[erbare] Cornelis Schoorl hostes in de herber de Star tot Heemskerk aut ontrent 65 jaaren ende de e[erbare] Engel Pieters Henke schoenakers gesel out omtrent 29 jaaren meede aldaar woon[agtig] welke mede in requisere over sulke als men als uijt eenen man verklaaren waar ende waarachtig te sijn dat op ee sonden avond avond sijnde geweest den 10 julij 1740 laastleden den avonds de klock tussen agt en negen uijren voor de herberg de Star tot Heemskerk gekomen sijn Jacob Janse Schaap dienaar van de justitie van Blois met de moolenaar
van Heemskerk req[uiran]t in desen en nog verschijdeandere personen # gaande te Cornelis van Beekreq[uiran]t in desen ___ banne van Heemsker op een stoel voor den deur van de herbergh de Star neer sitten waar op Jacob Schaap tegen Cornelis van Beek den req[uiran]t in dese sijde kom hier voren donderse schelm ik sal is nouw wel krijgen slaande het het bloore mes het welk hij in sijn eene hand had op de hiel van sijn schoen en met descheede van sijn houwerze hij in sijn ander hand hield op de gront en gaande daar op van t waarop Cornelis van Beek replueerde ik wil gaer over met u hebben dat daarop Jacob Schaap onderveel scheld woorden laperen en sneeren is heen gegaan de weg op
dat gem[elde] Jacob Janse Schaap daarop des nagt de klock omtrent tussen elft en twaalft uijren weder is gekomen tot voor de herberg de star voorn[oem]t en aan hen deposanten ieder int bijsonder gevraagt of heer daar no was deurcerende daar meede den voorn[oemde] req[uiran]t verder daar bij wegende wat moveert mij dat ik hem niet doorsteek als hij de deur uijt komt dat daarop de gem Jacob Schaap weder is heengegaan en de voorn req[uiran]t der ___ __ ^doen sijn overstac dat Jacob Schaap weg was
tweede deposant en nog een persoon ^ verder ter huijs sijn uijt gegaan en na sijn req[uiran]t huijs gebragt |
| ijndigende sij deposanten een ider van hen sijn gegeve verklaaringe geevende van redenen van wel wetenschap een ieder van hun sijn gedeposeerde selff gekent gesien en bij gewoont te hebben en als noch in verse geheugen te sijn ^en voors[zegd] als in den text berijt sijnde een ieder van hun sijn gedepaseere des nooden en nader daar toe versogt sijnde met eede te sterken aldus gedaan en gepass[eer]t in heemskerk op ter presentie van Floris Claassen Twiks en Jan van Kerkhoff als getuigen L Groenlandt Barent Hendrickse
dit merk bij + Cornelis Schoorl selfs gestelt Engel Pieterse Henke Floris Klase Twjsck Jan van Kerckoff Abraham Henrij Casteleijn not[ari]s pub[liek] |