Notarieel 429 / 117 Bovenkarspel pdf08-04-2023 pag. 1

3 g[u]l[den]

a Luijt

    dit zegel behoordt

tot de uijterste wille

van Jantjen Corn[eli]s

gepasseert den b14 en

maart 1724
 

hier van 1 gros uijtgegeven

In den name des heeren amen
op den 14 en maart 1724 des middags
omtrent 9 11 uren compareerde voor mij
Seger Lakenman openbaar notaris tot
Bovencarspel en de nagenoemde getuijgen
Jantjen Corn[elis] laast wed[uwe]e van Jacob
Corn[eli]s Langedijk
woonagtig in t Westeijnde
van Bovencarspel mij notris ende
getuijgen seer wel bekendt siek te bedde
leggende dog haar verstandt en uijstprake
magtig en gebruijkende immers soo men
niet anders konde bemercken de welcke
uijt overdenckinge van de sekerheijdt des
doodts en de onsekere uure van dien
verclaarde te rade geworden te zijn
enig bevel te doen aangaande hare
na te laten goederen bevelde voor af
hare ziele in de barmhertige handen godts
door Jesu Cristi verdiensten en haar lighaam
de aarde tot de tijdt van een zalige
opstandinge en daar op voortgaande
soo verclaarde zij eerstelijk te legateren
aan ende ten behove van t kindt van
Mientje Warius genaamt Cornelis woonagtig
tot Westwoud tegenswoordig getrout aan
Willem Tolman zijnde t selve kindt genaamt
Cornelisje een summa van twee hondert
gulden willende zij testatricce dat door
                                                  mitsgaders de voogden hier na te noemen
haren soon als erfgenaam ^de selve twee
hondertgulden sal werden ter handt gesteldt
aan Volkert Groen en Johannes Hardenbergh
beijde tot Westwoud twee hondert guldens voor t
 

t selve kindt te bewaren totdesselfs zijnen mondige
dagte en tot die tijdt toe op intresten beleggen
op een sekere wijse en de intressen daar
van koomende mede voor t selve kindt
tot soo lange als t mondg is daar mede op
bewaren dog in gevalle t selven kindt voor den
mondiger dagh komt te overlijden dat dan t capitaal
en intrest sal gaan aan hare den testatrices naaste bloede
vorders verclaarde zij tot erfgenaamen te
stellen haren zone Claas P[ieter]rsz tot
Westwoud woonagtig en t naargelaten kindt
van haar dogter Aaf P[ieter]rs volgens ordre
van t versterfregt
dogh ten opsigte van t kindt van hare
dogter mit dese bepalinge dat ingevalle
t selve kindt komt te overlijden sonder
uijtterste wille te maken de goederen van
haar afgekomen sullen gaan naar t zuijd
Hollaandts versterfregt
vervolgens verclaarde zij tot voogden ofte
curateurs over deselve erffenisse van t genoemt
kindt te stellen haren zoone bovengenoemt
ende Aarjen Poort woonagtig tot Westwoude
met uijtsluijtinge van alles gergeten en
weeskameren ende ook wel speciaal van de
vader van t selve haar kints kindt niet willende
dat die sig eenig bewindt in haar sterfhuijs
sal aanmatigen maar de genoemde voogden
het vrije bewindt alleen laten ende ingevalle
van de verdeelinge des boedels soo verclaarde
zij den genaemden Aarjen Poort volkomen
magt te geven om[m]e voor die tijdt nog een
persoon bij hem te verkiesen
eijndelijk verclaarde zij te willen en begeren
dat de meergemelde erfportie van t genoemde
kindt door deselve voogden sal worden
 

ten overstaan van den e[erbare] Claas Jonker
en den e[erbare]Jacob Kleijnvice president
schepen tot Bovencarspel als geloof
waardig getuijgen en ten oirkonce getekent

dit merk stelde + Jantjen Cornelis

  Jacob Pietersz Cleijn

  Klaas Jonker

                           S Lakenman


Homepage | E-mail