424 | Op huijden den twintigsten Maert een duijsent
ses hondert acht en tachentigh com pareerden voor mij Stephanus Pelgrom Pelgrom no taris publicq bij den hove van hollant geadmit teert binnen Am sterdam residerende ende de nagenoemden getuijgen | Schaep |
den 20 maert 1688 | Hendrickie Cocks out 43 jaren huijsvrouwe van Claes Otto huijsknecht in't aelmoes seniershuijs alhier ende Marritie Corne lis out omtrent 39 jaren huijsvrouwe van Claes Jacobsz lootgietersknecht woonende op de leijtse gracht Dorethe
Pieters huijsvrouw van Claes Jansz out 50 jaren wonende inde angelierstraet en Marrij Claes out 53 jaren huijsvr[ouw] van Wouter Jansz Schiphorst m[eeste]r met selaer wonende in de Lindestraet mede hier ter stede en hebben in hunne conscientien bij ware woorden in plaetse en onder presentie van eede solemneel ten versoecke van Lijsbeth Wouters wed[uw]e van Hendrick Jansz Enckhuijs en Giertie Ariaens wed[uw]e van Jan Minnesz beijde bedien sters van t Aelmoesseniers comptoir hier ter stede geassiesteert getuijcht en verclaert ten eerstelijcke de twee eerste attestante dat nu omtrent acht maende geleden (sonder den precisen tijt onthouden te hebben) de voorn[oemde] req[uirant]en uijt de ___ ende
van wegens de heere regteren van het voorsz[egde] aelmoesseniers huijs we sende gecomen op de camer boven de backer op de hoeck van de leijtse | |
| dwarstraet alwaer gewoont hadde Agnietie van Claes wed[uw]e Corne lis van Gelder als doen in het gasthuijs alhier overleden en sich geinformeert hebbende naer den raet en gelegentheijt van den boedel deselve soo miserabel slecht en sober hadden bevonden dat sij req[uirant]en genootsaeckt warde de selve uijt den name van voorn[oemde] heeren regen[ten] te repudieren en met de voet te stoten als^meest door de lang
duijrige sieckte van voorn[oemde] Agnietie Claes in uijt reeds geledene armoede wesende geconsumeert waer op de req[uiran]ten doenmaels weder sijn ver trocken en weggegaen doch de req[uirant]en door de gesamentlijcke buij- ren uijt een christelijck mede dogen van de drij nagelatene kinderen van voorn[oemde] Agnietie Claes de welcke sonder assistente van honger en commer souden hebben moeten ver geven versocht en bewogen sijnde ___e deselve soo veel doenlijck te redden en huijsheer wegens de camer huijr dieals de goederen ge arresteerthebbende hadde te helpen conten tement doen deselve buijren | |
| beneffens de req[uirant]en gesamentlijck best geoordeelt hebben de pretentie van den huijs^heervoldaen uijt de goede ren op de camer berustende en bij de voorn[oemde] Agnietie Claes na gelaten soo verre sulcx soudecomenstrecken en dien volgende deselve te doen ver copen ten welcken eijnde de twee laeste attestanten wesende ont boden verclaren sij attestanten alle gesamentlijck de voorsz naer gelatene goederen bestaend e hebbende in een oud beddetie en peuluuwe een oude deecken en out reckbanck ie een weijnig aerde potten en pan netie met wat rommeling van geen waerdije vercocht te sijn voor vijftien gulden en then sij eens de welcke door de twee laeste attestan
ten vervolgens wierdeuijtgekeerr voldaen in t bij zijn van buijren waar van huijsheer Eldert Vael als de goe deren op sijn bodem gearresteert heb bende genoten heeft thien gulden in plaetse van f17,,10 die denselven voor een half jaer huijr te preten deren hadde een sich daer mede gecon tenteert dat doenmaels aen Johan nes Calve mede ontfangen heeft | |
Bij | drij gulden en thien stuijvers inplaet se van veertien gulden die den selve en van vorige camerhuijr was compe eterende als wanneer de resterende
twee gulden gelaten wiert aen het outste dochterie van Agnietie Claes uijt commiseratie om daer mede desselfs jackie dat inde lambert ver set was te connen lossen doch sulen niet comende toe reijcken verclaren de twee eerste attestanten alleen dat de voorsz[egde] buijren uijt mededogen het selve overschietende gelt uijt hnne eijgene beursen hebben ge suppleert tot vier gulden waer mede d eerste attestante Hendrickie Cocks soo sij nu alleen verclaert het selve jackie oock gelost en aen het voorn[oemde] dochtertie overgelevert heeft alsoo deselve te out was omme neffens de twee andere naergelatene kinderen in t aelmosseniers huijs alhier te connen gaen ende alsso t geene voorsz[egd] de waerheit en in voegen als
zoals gepasseert en bij hun attestanten gesien en ondervonden is soo presnteren sij dezen nader te stercken actum in Amsterdam present Ditloff Morgenweg en Roeloff Barentsz als getuijgen | |