2 maart 1688

37

Schaep

Staat en inventaris vande
goederen met der dood ontruijmt en
bij zal[ige]^rPieter
Oks in zijn leven oud straatze
zchijper ten huijze van
Wouter Jansz Schiphorst
alhier inde lindestraat op
den 11^e februarij a[nn]^o 1688
overleeden gemaakt en in
geschrifte gestelt door mij
Livinus Meijer notaris ten ver
zoeken en op t aangeven vande
gemelde Wouter Jansz Schiphorst
en Johannes Pottebakker als
Executeurs van des overledens
                             testament

Testament

Testament administrateur
zijner nalatenschap zijnde
met de voorschreve inventari
satie begonnen den 25 februarij
laatstleden nadat alvoorens
de bezegeling door mij notaris
gedaan op den voorz[egde] 11^e februarij
aan zekere grote oude scheepskist
hier agter gemeld onbeschadigt
gevonden en los gebroken was
ende zijnde en voorschreve
goederen bestaande in t
 

2 maart 1688 f3:8:

segel.

een swarte lakerermantel
een d[it]^o rok met een broek en wambuijs
een swarte greijnde mantel
een ouder coleurde dito
een coleurderok met bondgevoert
een donderd coleurde sargie de nund
    rok ende broek
een oude sargie de nune rok ende broek
nog een oude sargie broek
2 roo schalakens borstrokken met
  aen sargie dito alle met zilvere
  knopen
een paer swarte kousen
een puur gecoleurde dito
eenige ondersmouwetjes met
nog eenige oude kouzen
aen gele onderbroek
een caluerne hemdrok zonder
mouwen
en dito oude mowwen vestius
een d[it]^o onderbroekje
een salve cade sapense rok
vijftien hemden zoo oud als nieuwe
deen paar Schaverolten
een sondagze hoed met drie
    oude dito
Een paar handschoenen
2 slaapmutzen
d paarschoenen met 1 paar
muijlen
4 witte onder broeken
10 oudezakneusdoeken met
  een zijde dito
13 zoo dag als nagt dasjes
een oude linde slaap muts met
   2 beffen
3 oude kapstokken
een carabijn met een oude
houwer en degen
 

 
 
 
 
 
 
 
 
O           
de papieren en docu
menten tot de hier
navolgende goederen
behorende te weten
 
 
#           
belend d erfgenamen
van Jasper Jaspersz
met een gemenen
muur ende gemenen
lodegoot aende
oostzijde ende Antonij
Meijst met enen
gemene muur
   _{^aan de westzijde}
en lodegoot ^strek
kende voor van de
straat tot agter
aan Hillebrand
Pietersz br

een oude schuijer met een d[it]^o kannekas
teen oude flesekolder van 5 flessen
een kleijn spiegeltje in een kas
twee oude brillen een koper passer
ende 19[?] kantschilpadje met nog een koper
plaatje
een mesje en kastje met zilverbeslag
een oud inkt kokertje nog een tabax
doos ___
een luterse bijbel met kopersloten
een psalmboekje met zilver sloten
24 boeken zoo in quarto als in
ruimder formaten
een paar zilveren schoengespen
een paar dito broekknopen
een oude grote scheepskist ende daar in gehoudenO
een huis ende erv staande ende gelegen inde
koningstraat aan de zuijdzijde
tusschen dwarstraat ende boomsloot #
volgens quijtscheldinge ten behove van den
overleden gepasseert den 6 junij a[nn]^o 1681
onder de inventariesen berustende
een hijs ende erve staende ende gelegen inde
nieuweleliestraat aen de noordzijde
daar condemen van zijn of geweest hebben
Gerrit Gerritsz Theunis metzelaar met
een gemenen muur aen d oostzijde
Wiggert Duijzenddaalders mede met een
gemenen muur aen d westzijde strekkende
voor van de straat tot agter aan de erven van de
Egelantsgraft egelantiersgraft mede
volgens de quijtscheldinge ten behoeven van de
overleden gepass[eer]^t den 20 maij a[nn]^oo 1683 mede
onder den inventariesen berustend
 

een obligatie ter somme van tweeduijzend twee
hondert g[u]l[den] cap[itaa]l ten lasten van Johan van Berkel als
ontfanger generaal over Holland en westfrieslant

naamd op de name van Lambert
de Gastelan in dato 13 februarij a[nn]^o
1646
welke obligate staat dat de interesse tot
feb[ruari] 1687 is betaalt ergo[?] capitaal
een jaar interesse daarop te goed vervallen 13 feb[ruari]
     laastleden
een transport waarbij de voorsz[egde]
obligatie ^inblaco van den overleden is getrans
porteert in den 5 junij 1684 met
borgtogt voor de vrijwaring van t
verleende

een dito obligatie tot somme van twee duizend
guld[en] cap[itaa]l ten laste van Marten Pauw
als ontfanger generael over Holland
en Westfriesland staende op de naeme van
Gillis van der Hek in dato 6 februarij
a[nn]^o 1672 gesol[veert] 1521 XL zijnde inderso[?]
van dezelve oblig[ati]e geschreven dat den
interessen tot febr[uari] 1687 is betaalt ergo
capitaal
een jaar interesse daarop te goed verschenen
6 februarij laatstelden
Een transport waarbij de laatsgemelde
obligatie in blanco is getransporteert
indato 25 julij 1684
een schepenenkennisse ter somme van
agthondert guldens cap[itaa]l ten laste van
 

 
 
 
 
f 2200:-
      88;-
 
 
   
 
 
 

 
 
 
 
 
 
 
 
f 2000:-:-
 
      80:-:-

         _{^ten behove van d overleden}
Johannes Pottevakker m[eeste]r chirurgijn ^ tegenen
interest gevende tegens
9 g[u]l[den]s tenhondert int jaar onder borgtogte
van Willem Wier litzedrukker in dato den
21 maij 1686

Een obligate onder de hand ter somme
van vierhondert guldens cap[itaa]l ten laste
van Wouter Jansz Schiphorst m[eeste]r metzelaar
                                             _{^d intersse}
en ten behoven van d overleden ^ tegens 9 g[u]l[den]s
ten hondert int jaer indato 29 meij 1687

Een obligatie ter somme van driehondert g[u]l[d]en
cap[itaa]l ten lasten van Juriaan Splijthaven wijn
kuijper ende ten behoeven van d overleden t gened
interesse tot 9 ten hond[er]t int jaar gepass[eer]t
voir m[eeste]r Christoffel Stellerus^als ___ tots
alhier^{preker gots}den 2 januarij laatstleden over
jaars 1687

Een obligatie onder de hande van twee
hondert guld[en] cap[itaa]l ten laste van de
voorn[oemd]e Johannes Pottebakker en ten
behoeven als boven tegenen 9 g[u]l[d]en ten hondert
in t jaere in dato 27 maij 1687

een vonnisse bij d heren commissarissen van
de kleijne zaken gewezen ten lasten van Pieter
Jacobsz en ten behoeven als voren ter somme
van vijf en en tagtig g[u]l[den]s met den intersten
tegen 9 ten hond[er]t int jaar volgens oblig[ati]e
van dato 28 septemb[er] 1686 in ten h__
dog is doir de gemelde p[iete]r Jacobsz __r
of aen dit overleden verpand ende onder
de suivertanich berustende een goude hoep __
ring iderdende voorde rest t voorsz[egde] vonisse
 

  
 
 
 
 
f 800:-

 
f 2200:-
      88;-
   
 
f 400: -

 
 
 
 
 
f 300:-:-  
 

 
 
 
 
,, 200:-:-

 
 
 
 
f 85:-:-

voor dubieus gehouden p^r memorie

Een hand schriftje onder de hand van zes ende
tagtig g[u]l[den]s cap[itaa]l ten laste van Arent Schut
als stuurman vertrokken naarde vlaemsche
eijlanden [=azoren] ende ten behoeven als voren indate
20 maij 1687
dog wird der zelve schuldt voir dubieus
   gehouden p^rmemorie

een hand schiftje van zes en dertig g[u]l[den]s ten
laste van Jacobus Cornelis Groen ende
ten behoven als voren in dato 18 novemb[er]
1686 tot verrekininge van dien aan de
overleden verpand zijn 2 goude ringen d een
een roosjes ring d ander een robijntje
beijde onder d inventariens berustunde
ergo

een obligatei onder de hand ten laste
van Alexander Scheij 277 g[u]l[den]s ten last
van Alexander Schijes als behore als
vore ------------- ------- agter in dato
-- ----- 1680      _{,,van -- g[u]l[den]s}
nog een d^o obligatie " van Harm Loevers
Suijker van Frances Kats en ten behoeven alen
boven in dato 2 sept[ember] 1680 voir borgtogte van
      ^{den voorn[oem]de verschene}
En eijndelijk een oblig[ati]e van 1900 g[u]l[den] cap[itaa]l
ten laste van de gemelde Alexander Scheij
makelaar ende ten behoeven als voren gepass[eer]t
voor wijlen Nicolaas Henmink in zijn leven
not[ari]s alhier zekere get[ekend] 23 dedemb[er] 1681
dog alzoo bovengemelde Alexander Scheij
ende Harm Loevers b____ers __ ende inselve__ z__ is
 

 
 
 
 
f 86:-:-
 
  

 
 
 
 
 
 
 
 ,, 36:-:-

insolvent gestorven is
zoo wrden de laatste gedagete obligatien
t eenemaal voir quaad gehouden p^r memmorie
gehuden t p[e]r memorie
voorts eeenige andere oude papieren
vergarenden van weijnige ofte
geen importantie
  _{aan geld in aan}
in casa gevende aan diverse specien
gevonden ten
ssomme van

not een goude signet ring
een zilvere trouw penningtje

       De boedel heeft te goed de volgende
         huurpenn[ingen] van de bovenstaende
         huijzen te weten

van Jan Heijts bewoonder van t voors[zegde]
huis en erve in de Koningstraat
een 1/4 jaar van 1e nov[ember] tot 1e februarij
tot

van Jacob Jansz woonende in t huijs
in de Nieuwe Leliestraat een 1/4 jaar
verschenen 1e februarij laatstleden

van Paulus Jansz wonende op de voor
kamer van t laatste gezeide huijs een
1/4 jaar verschenen als voren

van Albert Kreijne wonende op de
agterkamer van t zelve huijs 1/2 jaar
te weten van 1e augusti tot 1e fabruarij
als voren
 

 
 
   
 
 
 
 
 
 
 
f 125:19:-

 
 
 
f   48:15:-

 
 
,,   26:10:-

 
 
,,     8:5:-

 
 
 
,,   21:-:-
 

       Lasten des boedels

eerstelijk d 8e penning van de voors[zegde]
twee huizen zedert de jare 1686
incluijs 1686
item de 200e penning van dezelve
huizen ende de twee bovengemelde
obligtien ten laste t comtoir van
holland beide p^r memorie

Wouter Jansz Schiphorst moet hebben
over verschot aan den overleden in zijn
ziekte gedaan mitsg[ade]rs voor de
omslag __ineeiten int sterven en begraven van
den overleden t zijnen huijze gehad zamen
de doodschulden bedragen volgens
rekeningen ende specificatien onder
de invenrarienten berustende^{^zamen}een
somma van

Eijndelijk komt de not[ari]s Livinus
Meijer over t maken van het testa
ment van den overleden en van
dezen inventaris met d annexs
besoignes ten groste en verschreven
zegels te zamen

 
 
 
 
f  58:3:-
 
 
  
,,336:8:-

 
 
 
 
 
,,  30:12:-

aldus geinventarisert
een beschreven bij mij Lavinus
Meijer not[ari]s publicq bij den hove
van Holland geadmittert
binnen Amsterdam residerende
                                         ten-
 

                 _{en op t aangeven}
ten verzoeken van de e[dele] e[erzame] Wouter Jansz
Schiphorst en Johannes Pottebakk[er]
in q[ualitei]t als in de hoofde dezes
gemeld de welke verklaerden
alles opregtelijk en naar hun
beste kennisse en wetenschap
aengegeven __ekend gemaakt
te hebben zonder eeniger
goederen ofte effecten de voorsz[egde]
boedel aangaende te hebben
agterdehand gehouden ofte
ter quader trouw weerloos
gewerden te wezen dog bij
aldus namaal bevonden
wierd _t iets vergeten te ___ zege[?]
waren zij bereijd dezen t allen
daarmede t amplieren des
ten oirconde hebben zij requiranten
dezen invent[ari]s die zij verrele__
den t allen tijde met eede
solemneel te bevestigen beneffens
mij not[ari]s mitsg[ade]rs Abraham d
Fremerij en Johannes Hamaker
als getuigen ondertekend in
Amsterdam dezen tweden martij
a[nn]^o XVIe agt en tagtig
Wouter Jansz Schiphorst
J Pottebacker
  ADFremerij
   J Hamaker
      L: Meijer
      not[ari]s