2 gesz[egeld] op 6 st[uiver]sz zegels
86

No=490

245

Op huijden den 21 December des jaars 1763 compareerde voor mij Jan Tieleman Blekman notaris s' Hoofs van Utrecht etc[eter]a

ende getuijgen nabenoemd hier toe versogt

249

den wel ed[el] gestr[enge] heer m[eeste]r Jan Carel Rijcksz drossard der stede en lande van Montfort etc[eter]a zo voor zig zelven als zig sterkmakende ende rato caverende voor den wel ed[el] gestr[enge] heer m[eeste]r Johan de Palichij en verklaerde den heere comparant verhuurd te hebben aan en ten behoeve van Klaas Klaasz Boom wonende op de nabesz[chreven] hofstede die mede compareerde en ook bekende in huure aangenomen te hebben een bruijkwoer lands bestaande in een huijs berg en schuur met ses endertig mergen weij en hooijlanden edog zo groot en klijn alle t zelve staande en gelegen is agter de hofstede paddenburg onder den gerechte van Abcoude ontrent Bambrug strekkende tot over den Indijk als meede het zuijderkampje land genaamd de koehokken gelegen naast en agter de moestuijn (zijnde onder deze huure niet begrepen het noorderkampje land van de voorschreve koehokken) den huurder wel bekend en mede nog twee compen land met den akker gelegen over de hofstede Paddenburg dit voor den tijd van ses agterenvolgende jaaren die haren aanvang reets genomen hebben in reguard der landen met prim0 januarijen ten aanzien van de huijzinge

en verder getimmer met primo maij beide dezes jaars 1763 jaarlijx en ider jaar voor en om de somme van seshonderd vijff en seventig gulden caroli guldens a twintig stuijvers t stuk boven vijff vierendeelen honst boter jaarlijx tot toepagt verder eensgeld zo dat de verhuurders alle lasten en ongelden zullen betalen zelfs het personele mergengeld te betalen de huurpenningen van half jaar tot half jaar precies en de boter in de maand september of october ider jaar het hakhout op deze verhuurde lande staande zal den huurder genieten mits t zelve volgens de ordonnantien hackende de messie op dit verhuurde werdende gemaakt zal den huurder met sloot- aarde en bagger verpluijst ten zijnen kosten over deze gehuurde landen moeten brengen zonder daar van iets te mogen vervoeren veel min verkopen en t einde deze huurjaren of wanneer den huurder komt te vertrecken zal dezelve mede aldaar moeten blijven zonder daarvoor iets te komen of mogen pretenderen en zal het de verhuurders vrijstaan jaarlijx twaalf vorders messie te mogen doen afhalen om in haar ed[ele] tuijnen van de hofstede Paddenburg te gebruijken den huurder zal dit gehuurde wel en na behooren moeten gebruijken het

247

weijland bewijden en het hooijland hoijen t zelve ook moeten sloten gruppelen en tweemaal s jaars alsse in maanden van junij en september sloten mitsgaders moeten houden uijt alle schaden schouwen en banwerken zo van wateringen sloten schinkels binnesloten scheisloten als dijken kaden en dammen niets uijtgezondert blijven de extra ordinaire schouwen van verhoging voor rekening van de verhuurdders den huurders zal van de voorsz[egde] twee campen land en den akker gelegen over Paddenburg niets mogen hoijen dan alleen de helfte van den Akker het zand dat op de weg zal den huurder tot zijn kosten aldaar moeten brengen de heeren verhuurders zullen de nodige reparatien aan bruggens en hekkens doen Eijndelijk is geconditioneerd dat ingeval den huurder in een jaar meerder als ses melkkoeijen aan de grasseerende siekte onder het rundvee komt te verliesen hij huurder als dan in dat jaar voor ider melkkoeij die boven het sestal aan de voorsz[egde] siekte gestorven zullen zijn tien guldens op zijne huurpenningen zal mogen korgten mits dat hij van dat verlies aanstonds aan den heeren verhuurders of derzelver rentmeester kennisse geve en klaare blijken vertoone dog bij aldien hij in een jaar maar ses ofte minder melkkoeijen aan de voorsz[egde] grasseerende

siekte komt te verlieden zal hij daarvoor niets komen of mogen korten
int verdere zullen de comparanten hun reguleren na de placcaten en ordonnantien dezer provintie op het verhuren der landgoederen reeds geemaneerd of nog te emaneren
verbindende de comparanten tot nakominge en voldoeninge dezer hunne perzonen en goederen dezelve onderwerpende den ed[ele] hove en gerechte van Utrecht voorts allen andere heeren hove rechteren en gerechten en omme deze ten alle tijden nader gerechtelijk te reitereren renoveren en bekennen mitsgaders hem huurder in den inhoude dezer vrijwillig te doen en laten condemneren verklaarde hij onwederroepelijk te constitueren en magtig te maken Jacob van den Doorslag procureur voor den voorsz[egde] hove en Adrianus Hoevenaar procureur voor den ed[el] achtb[are] gerechte dezer stad en den verdere procureurs zo voor den gem[elde] hove als geregte resp[ectievelijk] in der tijd postulerende te samen en elx in t bijzonder belovende de rato
Aldus gedaan en gepasseert t Utrecht ter presentie van Johan Blekman en Dirk Blekman als getuijgen

H Rijcksz

Klaas Boom

J Blekman
    1763

D Blekman
    1763

JT Blekman not[ari]s
    1763