Op huiden den 31e october 17e zesen tachtig compareerden voor mij Wilhelmus Geerling notaris s Hoovs van Utrecht etc[etra] Jan van Wees wonende onder den gerechte van Loenresloot mij notaris bekend weduwenaar en boedelharder van Marretje Boom zijn overledene huisvrouw ter eenre en Cornelis Boom den oudste mitsga ders Cornelis Boom de jongste beijde thans woonagtig onder den gerechte van Baanbrugge mij Notaris mede bekend in qualiteit als volgens appoino- tement van welgemelde hove in dato den 24e junij 1782 aan mij notaris in originae geexhibeerd nevens de eerste comparant aangestelde voogden over
Paulus Paulus van Wees onmundige nage- laten kind en erfgenaam van voornoem- de Marretje Boom bij de eerste compa- rant in echte verwekt ter andere zijde te kennen gevende dat de eerste com: parant met meergenoemde Marretje Boom in den jare 1775 naar de wetten dezer provincie in gemeenschap van goederen gehuwt zijnde dezelve op den 8 januarij 1781 aan de Nieuwersluijs ab intestato was komen te overlijden en mitsdien tot haar eenige en univer- sele erfgenaam had nagelaten voor-
noemde Paulus van Wees ruim 10 jaren Dat de eerste comparant sedert met zijn gemelde minderjarige kind gemeens boedel was blijven voorbouwen Dan voorneemens zijnde eerstdaags te 336 te herhuwelijken had den zelven in zijne gemelde qualiteit aan de compa rantien ter andere zijde in hunne voor schreeve qualiteit ter goeder trouwe edoch tot menagement van kosten zonder formele staat en inventaris der gemeenen boedels goederen en lasten
te doen formeren volkomen opening van voorschreeve gemeene boedels had gegeven en dat zij comparanten ter tot Vleuten en Godert van den andere zijde naar nauwkeurige en onderlinge prisatie van de gemeene goe deren en effecten van dien bevonden hadden dat dezelve na aftrek van schulden des boedels en doodschulden niet meer konden waardig geschat worden dan eene somme van acht duizend guldens zulks dan zuiver tusschen den eersten comparant en zijn voornoemde minder jarigkind deelbaar blijft de voorschreeve somme
somme van acht duizend guldens terwijl de weduwenaar en boedelharder uit consideratie de doodschulden en begraveniskosten die uit den gemeenen boedel zijn betaald en dus voor de helft door de minderjarige als erfgenaam van zijn voornoemde overleden moeder zoude moeten worden gerestitueerd niet vorderen zal mits dezelve op zijn mundige jaren of eerder huwelijken staat met deze uitkoop zich vergenoegt en dezelve approbeert Wien volgende de comparanten ter eenre en andere zijde in qualite voorsz[egd] verklaarden geaccordeerd en over een gekomoen te zijn dat de eerste comparant in vollen vrijen eigendom zal blijven behouden alle de vaste en andere boe- delsgoederen bestaande in een hofstede
met 337 met vijf en vertig mergen zo weij als hooijland gelegen onder den gerechte van Loenresloot de bouw of melkge reedschap hooij en stroo paarden en koeijen huisraad en inboedel doch daar tegen ook tot zijn lasten en voor zijn reekening neemt alle de schulden en lasten des boedels alsmede dat hij aanneemt en zich verbind om op de meerderjarigheid of eerder huwelijken staat aan zijn gemelde kind ten aanzien als voren te zullen uitkeeren en voldoen voorschreve somme van vierduizend
guldens edoch zonder interesse terwijl hij daar en boven aanneemt zijn minder jarige zoon naar zijn staat te zullen grootbrengen en al het nodige te laten leeren en onderwijzen maar daar tegen wederom doende boedels oirbaar daar voor verbindende generalijk alle de de boedelsgoederen en inkomsten en specialijk bovengemelde hofstede en landerijen consenterende in t dezelve ter affectatie ten register van transpor ten en plechten van den gerechte van Loenresloot behoorlijk werde geregis treerd
waarmede als dan het gemelde kind van deszelfs moederlijk erf en ver- sterf voor altoos zal zijn en blijven uitgekogt renuncierende de compa ranten als voorschreeve de een ten behoeve van den anderen van elks guldens edoch zonder interesse terwijl aangewezen en toegescheiden goede ren of gelderen met belofte van t allen tijden daar van des begeerd nader en gerechtelijk aftsand te doen alles op approbatie van d ed[ele] mog[ende] heeren van den hove provinciaal dezer provincie 338
provincie in opzicht van voorschreve minderjargie en onder verband van der comparanten personen en goe deren in qualiteit als voren dezelve onderwerpende aan de indicature van welgemelden hove en alle andere rechteren en gerechten verzoekende de comparanten hier van acte die is deze Aldus gedaan ende gepasseerd binnen Utrecht ter presentie van Carel Wijnand Kennedij en Carel Kist als getuigen |