Op huijden den derden
nov 1677 compareerde _

Gerit Willemsz de Leegh ende Balt Willemsz de Leegh wonende aende Blauwe Capel mitsgaders Willem Cornelis Timmer wonende aen Groenekan ende beloofden sij compten te samen ende ijder in t bijsonder ofte elcks een voor al ende uit geheel te indemneren ofte ende schadeloos te houden hr Gijsbert van Nijenrode borger t Utrecht van soodanigen borgtochte als sij op den 3e febrij 1676 voor mij nots ende getuijgen voor den eerste comput ende Dirck Petersz ten behoeve van mr Johan Uitenbogaert domheer St Jan heeft gepasseert ende verclaerden sij computen nae dat haert de voorsta[aande] acte van borghtoghte door mij notaris voorge- lesen bij desen te renuncieren van alle exceptie desen ter contra- rie ende uitsonderheijt de exceptie divisio- nis tot naercominge deses ver- binden de computen haer persoonen en goederen de selve submitterende den ed hove van Utrecht ende allen anderen heeren hove rechters ende gerechten versoekende hier van acte die is dese Aldus gedaen ende gepasseert

binnen Utrecht ten comptoires mijns notarij ter presentie van Evarardus Vereijcke ende Reijnier van Beverwijck clercque als getuijgen die desen neffens de computen ende mijn notaris onder- teeckent hebben

Dit + merck
is gestelt bij Gerrit
Willemsz voorn[oem]t

Baltus Willemsen

Willem Cornelisen Timmer

Everhardus Verrijcken

Reijnier van Beverwijck
                       1677

Henr. Ribbius
Nots Publ
1677