Op huijden den vierden januarij seven-tien hondert en twee compareerden voor mijn Pieter Leechburch notaris s hooffs van Utrecht alsmede bij de ed[ele] ende achtbare heeren burgemeesteren ende vroedschappe der selver stadt geper-mitteert binnen Utrecht residerende in presentie van de naarbenoemde getuijgen hier toe versocht Jacob Gijsbertsen van Grootenhuijzen ende Merrichjen Heijndricks van Schuijlenburch echtel[ieden] woonende in Gerwerscoop eertijts staten nu van der muelens gerechte mij notario bekent de welcke beken-den mits desen dat sij lieden op den 24en december seventien hondert en een uijt handen van Gerrit Leendertsen Twaalffhoven ende Neeltje Gijsberts van Grootenhuijs echtelieden haar computen schoon broeder suster ende schoonsuster respectieve hadden ontfan-gen de somma van negen hondert gulden tot betalinge der cooppenn[ingen] van de gerechte helfte van seeckere huijsinge ende erve berge ende schuer alsmede de helfte van vijff mergen lants soo en sulcx die hoffstede onder Cockengen Tuijl van Serooskerkens gerecht staande ende gelegen is alsmede sijns computs portie in seeckere twee mergen landts gelegen onder Mastwijck mitsgaders tot voldoeninge van sijns computs portie

in de vercoste haaffelijcke goederen van koeijen en kalveren alsmede imboedel ende huijsraadt als andersints breeder geespresseert bij de coopcedulle in dato den XIen martij 1689 in presentie van den notaris Cornelis Schuijlenburch onderteecken ende dat mette renten van dien die daar van verscheenen ende ten achteren waren welcke penningen de computen ten selven dage hebben geemploijeert in minderinge der ongelden bij de voorn[oemde] Merrichje Heijndricks Schuijlenburcj aan de schout Jacob van Veenvelt verschuldicht beloovende voorts de computen de voorn[oemde] vercoste vaste goederen tot vermaninge te transporteren ter plaatse des behooren sal met renuntiatie ende vertichte mitsg[ade]rs belofte van vrijdinge ende waringe als erffcoop recht is naar costume locaal versoeckende ende consenterende hier van acte die is dese. Aldus geraan ende gepasseert aant Oosteijnde van Gerwerscoop int gerechtshuijs aldaar ter presentie van Jacob van Veenvelt schout ende Jacobus van Schalckwijck getuijgen van geloove hier toe versocht die deselve neffens de computen ende mij notario mede ondertekent hebben ten tijde ende plaatse als boven

Dit merck gestelt
  bij Jacob + Gijsbertsz
      van Grootenhuijsen

 
 Merrigen Heijndrics
 
 J:van Veenvelt
        1702
 
JvSchalckwijck
               1702

P Leechburch nots
1702