f950 ct
 
 
^het nota meldene
  haere
perceel gemaackt
van zijn vader
Carel Philipsz Kuvel

Wij Uts[upra]
dat voor ons gecompareert is Abraham
Kuvel zoon en meede erfgenaam van
Carel Philipsz Kuvel en volgens Testament
in dato 12 augystij 1721 voor de notaris Willem
Lageman en getuijgen alhier gepasseert eijgenaar
geworden van de helft int perceel hier na
gemelt welcke Carel Philipsz Kuvel
eijgenaar van t geheele perceel is geworden
 

                                       181                                                45
bij ordinarie quitscheldinge van dato
30 october 1708 ende hij comp[aran]t geliede vercogt
opgedragen en quijt geschonden te hebben
aen Gerrit van Steijn de helft in een huijs
en erve staande en leggende in de Roosen
straat bij de laaste dwarsstraat aan de
zuijdzijde en dat met alzulcken lendenen
streckinge vrij onvrijheeden en servituten
als het voorsz[egde] perceel althans is hebbende
ende aldaar geleegen is beheijnt en betim
mert staat en de hij comp[aran]^t gelieden hier
af al voldaan en wel betaalt te zijn den
laasten penn[ingen] met den eersten zoo dat hij
daaromme beloofden onder verband van
alle zijne goederen roerende etz[etra]
het voorsz[egde] halve perceel te vrije
etz[etra] sonder argh of list in oirkonde etz[etra]
den 9^e december 1738