Notarieel 50 / 254v Leiden pdf 11-02-2023 pag. 1

 

        attestatie voor m[eeste]r Harmen van Otthen met zijn drije anderen ___
          wesende die vier gevangenen vande stadt van Ijperen int over
          gaan van dien aende hertoge van Parma
Op huijden den XXXJ en dece[m]bers a[nn]o XVcLXXXV sijn voor mij Wilhem
van Oudevliet
notaris publ[iek] bij den hove van Holl[an]t gead[mitteer]t ende ter p[rese]ntie
vande ondergecreeven getuijgen gecomden d eer[bare] Jacob Buts eertijts
hoochman van besante mitsgaders hoochman van thet collegie van rade
ende XXVIJen bi[n]nen der stede van Ijperen out ontrent LVJ jaren
Victoore Barremakere raedt vande der versz[egde] stede out ontrent
XXXVJ jaren Joot Bontan out ontrent LX jaren Jacob de
Kaerle
out ontrent LXX jaren Jan de Lange out ontrent
XXXVIJ jaren Guillaem Lupaert out ontrent XXVJ jare n alle
vijer int college van rade van XXVIJ en joncheer Loijs
Quiliaget
out ontrent XLVIIJ jaren Jacob de Bije out ontrent
XXXV jaren beijden int collegie van notable poorters dandre
hebben bij heure mannen ware woorden in plaetse van ede
ter requisitie ende versoucke van meester Herman van Otthen
en Michiel Balde beijde coronellen van borgerije der stede van
ijske Ijperen Pieter de Wilde filius Olphers ende Daniel
Lougerspe
getuijcht en verclaert warachtich te wesen
dat opten negenden aprilis a[nn]o XVc vijerentachtich als de staet van
Ijperen belegert sijn ten uuijterste bedwongen was te spreken van
appoinctement om haer te begeven aende genen die haer hadde
belegert ende dat de gouverneur vande stercken gelegen bij de
 

 
 
 
+ accorderen vijer
p[er]sonen niut weten
wije de selve souden
zijn

stadt van Ijperen genaempt m onder t gebiedt van Hartoge van Parma
ende die selve adnoijerende des stads versouck stipuleerde dat hemzel[ve] no_
personen
pe uite gemeente zoude werden toe gelaten t sijne verkiesinge
soo dat eene lange tusschen spreken van drie van der stadt hem
geaccordeert werde die boven geschreven vijer requiranten + als
gevangenen van der oorloge ende dat de welcke die versz[egde] gouver
neur aen heur lichaem beloofde nijet te comen ende dat die
versz vier requiranten de versz gevanckenisse hebben aen gegaen
mits dat die van de stadt he__b bij alles
ende naer dijen die
vande stadt nijet en willen wie die versz[egde] vijer gevangen zouden
wesen hebben rijpel besloten die versz[egde] van der stadt ten versz[egde]
dagen mettet groote gemmente rijpelicken geresolveert inh
in het tracteren vande articulen vande accoorde dat soo op sijden
Wije vanden intwonende poorters vallen soude t lodt te wes
van te wesen die vijer gevangen dat die zelve ten

^ende dat geheelick enge indemp
neren ende costeloos houden

coste vande steden van Ijperen souden werden gelost alle t welck
opentl[ijk] in allen collegien was geresolveert hoe wel schepenen
mits dien sij heur appoinctement van te vooren haddent zelve nijet
en adroijeerde
seggen voorts dat die versz[egde] vijer requiranten de
vijer gevangenen waren die vercoosen werden wijders en tuijchden zij
nijet presenterende alle t zelve ds noot ende versocht zijnde bij elcx
heuren ede voor allen heereb ende gerechten t affirmeren consenterende
den voorsz[egde] gerequireerde ende elcx van hen huijer van een ofte meer
acten gemaect ende gelevert te werden gedaen aldus binnen
der stede van Leijden ten woonhuijse van Jan Balde staende inde
nobelstraet in p[rese]ntie vande eersamen Christiaen de Clerck
maeinelt Maeiliaert vande Steenen ende Reijnout Bossaert alle
poorters van Ijperen ende inwoonderen der stede van Leijden als
geloofw[aardige] getuijgen hijer toe versocht ende gebeden

 

Cristiaen A declerc
        zij merc

inventatis testimonia
1585             
W Oudevliet no[taris] __

 

 

Maeliaert van steenen
zijn X merc

R Bossaert

 


Homepage | E-mail