. . . . | 17 . . . . Jan de Moor ende Sijmon Claesz Lakencoop als geord[oneerd]e voochden van Grietgen Corn[elis] Volgers d[ochte]r van Jannitgen Everts za[liger] vercoopen met authorisatie van den gerechte in date den 9 en martj 1638, Aerien Jansz Hand cruijdenier een tuijn ende opstal van dien ge legen buijten de Kennemerpoort belent Jan Corn[elisz] Lijndreijers erffgen[aam] ten westen Arent Vergoes ten oostne de coop[er] ten noorden ende Dirc Dingnumsz Keijser ten suijden met ene vrije uijt en inganc op het pad uijtcomende opde cingel met de belastinge van 7-0-0
erffpacht de beterschap om 325-0-0 vrijgelt te beth[alen] 62-10-0 gereet de rest op drie eerstcomende maij dagen t je 1639 voor de waernisse geduijrende Jannetgen Everts off d[e] vers[chreven] haere dochters eijgendom verbinden ge neral[ijk] de goederen van de voorn[oemde] Grietgen Corn[elis] voor de verder waernisse transp[or]t vercregen in date den 24e octob[er] 1634 naer breder teneur de brieven hier van gemaect besegelt bij schepenen W[ille]m W[ille]ms Kessel ende Adraen Corn[elisz Sevenhuijsen den 6en maij 1638 |