| 186 . . . . Jacob Claesz Seepaert poorter vercoopt Sijbrich van Rietwijck huijsvrouwe van Jan Vredricxsz van der lande poorterse deser stede een huijs ende erve staende ende leggende binnen deser stadt aende west sijde van de huijchbrouwerssteech belent Heertje Adriaensz Lijnslager ten suijden |
| Jan Jansz Kouseverwert ten noorden ende Lammert Abrams Linne wever ten westen met conditie dat de looden goot ten suijden met de voorn[oemde] Heertje te samen moeten onderhouden werden ende met een gemene watergangh ten noorden mitsg[ade]rs met de belastinge
van 28 stuijvers jaerlijcx toe comende t vrouwen gasthuijs binnen dese stadt noch met con ditie dat de muijr bij de vercooper ende de voorn[oemde] Lambert Abrams tot scheijdinge haerder erve gestelt altijt tot gemene costen onder houden sal moeten werden ende noijt hoger als die nu is sal mogen werden opgetogen sullende de eijgenaer van dit huijs vorders mogen gebruijcken het secreet staende op t erf van voors[chreven] Lambert Abrams mits t selfde neffens de voorn[oemde] Lambert onderhoudende ende sal de |
| 187 ledingh van dt voors[chreven] secreet moeten geschieden doort huijs van de voors[chreven] Lammert Abrams de vercooper belooft t voors[chreven] huijs
ende erf te vrijen ende waren van alle lasten ende beswaernissen daer mede t selve huijs ende erf geduijrende sijn eijgendom soude mogen belast sijn onder verbande van sijn persoon ende gneral[ijk] van alle sijne goederen en tranporterende nopende de vordere waernisse den cooper de oude quijtscheldingh bij hem daer af vercregen besegelt ende in dato den VJen maert 1646 noch een andere van een hoecjen erff t welck verheeft is aent erf achter t huijs in dato den Xen junij 1653 na luijt de brieve gemaect ende gesegelt bij schepenen van der Graef et Snellius in dato den IIIJen novembris 1656 Sijberich van Rietwijck huijsvrouw |
|
van Jan Vredricxsz van der Lande poorteresse geadsisteert met Jan Vredricxsz van der Lande haren schoon soon ende voocht in desen vercoopt Jacob Claesz Seepaert poorter een huijs ende erve staende ende leggende binnen dese stadt aende suijdt sijde van t dronckenoort met een halve steegh ten oostne uijtcomende op t dronckenoort waer van de wederhaleft Sijmon Jansz Barndebos tot behoort belent de selve Sijmon Jansz ten oosten ende Teunis Dircxs Schipper ten westen met noch een vrij eijgensteegh uijt comende op de laet in welcke steegh Gerrit Pietersz een watergangh hadde onder de aert door mits de selve watergangh tot sijnen costen onderhoudende item noch een schuijr staende
op t erf ende achter t voors[chreven] huijs voorts met soodanige vrije heden ende servituijten mitsg[ade]rs soo groot ende cleijn t selve aldaer beheijnt ende betimmert staende ende leggende |
| 188 de vercooperse belooft t voors[chreven] huijs ende erf te vrijen ende te waren van alle lasten ende beswaernissen daer mede t selve geduijrende ende t sedert haer eijgendom soude mogen belast sijn onder verbant van haer persoon ende generalijck van alle hare goederen d subjecterende etc[etra] transporterende nopende de vordere waernisse den cooperde brief van willichdecreet bij haer daer aff vercregen op den 4e decemb[er] 1640 de toegift 1002-00 vrij gelt te
betalen op 6 maij dagen 1655 d je ter egaale portien na luijt de brieven gemaect ende gesegelt bij schepenen ende dato uts[upra] . . . . |