Oud Archief 1997 / 110v Assendelft pdf 14-05-2024 pag. 1

deb irigineelen van dezen
is naeronal[?]aff gecast
gelost ene gequeten
in kenneisse van
mij den XJen junij
1598

P de jong

 
 
Ick Pieter Jansz de Jonge schout tot Assendelft doe
condt allen luijden dat voor mijn ende schepenen onder gesch[reven]
gecomen ende gecompereert is Maerte Gerit Maert Sijmons
onsse buijerman ende bekende wel ende duechtelijcken vercost
te hebben ende mits deze schuldich te wezen den heijligen
gesthuijs binnen der stede van Haerlem eenen jaerlicxen
losrenten van drienveertichcar[oli] gulden ende vijffthien stuivers
t stuck van de guldens te XL groot[e]n vl[aam]s off peijement die
waerde ende heeft die voorn[oemde] renten beloeft te betalen
alle iaere te nijt gaende meij kunnen de stede van
Haerlem inde
voorn[oemd] goedshuijsze costeloos schaedeloos
ende van alle commer vrij samergelt sonder eenige
cortinge te werlt t zij van Ce, Le XXe ende Xe minder
ofte meerder schatinge verpondingen beeden submentien
placcaten alreede gepubliceert zijnde off die alsnoch
gepubliceert soude moegen werden die nu bedacht zijn
off onbedacht off naemaels wezen moegen oock bij
nijen die opgeset mochte worden geen uijtgesondert
all waert oock dat het placcaet in ofte ordonna[ris]
inhielt dat die rentier die renten toecomende
die oncosten moste draegen ende tot zijnen laste dragen
neemen nijet jegenstaende eenige clausulen
derogatoir sal beloeffen die voorn[oemde] comp[ara]nt
bij trowe eere in plaetse van alle den voorn[oemde]
gooshuijse die voorn[oemde] renten vrij te betaelen
ende die schattinge ofte inpositie selver den heer
oft zijn gemachticht te betaelen ende sal dat
eerste jaer renten verschijnen te uijtgaende meij
anno XVc sessentnegentich
ende sal voorts
van jaere te jaere achter een volgende en soe
lange geduijerende dat die voorn[oemd] comparant
off zijnnen erven dese voorn[oemde] renten off gelost

# als zij den voorsz[egd] gooshuijse
een vierendeel iaers te
vooren gewaerschout
sullen hebben ende als dan

sullen hebben# betaelende teffens een te enemale
in handen van de regenten van den voorn[oemde[erbare] goodshuijsse
die somme van seven hondert ca[roli] gulden t stuck
ten prijsse voorsz[egd] voorde hooftsomme met alle
die ongebaelde verscheenen renten nae beloop
des tijts mit goet gevalueert ende permissie
gelde alsoe hij comparant bekende voorde
coope van de voorn[oemde] renten gelijcke seven hondert ca[roli]
 

CXJ

vande voorn[oemde] goodshuijsse ontfangen ende meer in zijn
niet ende oirbaer geleijt te hebben soe heeft hij
den voorn[oemde] goodhuijse daer voore teenen onderpande
gestelt verbonden ende specialijcken gehijpothequeert
een stucke landts genaempt Damweersven groet
omtrent drie morgen lants leggende int Damweer
in onssen voorn[oemde] banne van Assendelft belent
aen noortoostzijde Engel Henricxz aent zuijtoost
ende Jan Kees Oijten aende zuijtwest zijden Gerit
Engelsz
aent noort west endt Cornelis Henricxz
ende hijer toe voorts generalijcken ende specialijcken
zijnt persoon ende andere landen ende goede[re]n roerende ende
onroerende tegenwoordige ende toecomende
leggende inden banne van Assendelft ende daer
buijten ter werlt egeen uijtgez[onder]t submitterende
alle die zelve ende die huere van dien onder
t verbant van heerlijcke ende reale executien
shooffs van Hollant ende alle andere heeren hoven
wetten rechter ende rechteren daer ende zulcx
den regenten van den voorn[oemden] goodshuijse believen
sal renunchierende ende te buijten baende oeck
mitsdeszen alle beneficien ende excepten
van rechten indicitien respijten vrij heeden van
maercken nuwe loose van den practijcken
dese preindiciabel wesende in eeniger wijs
compereerde meede voor ons schout ende schepenen
voorsz[egd] Gerit Anthonissen swager van de voorn[oemde]
compa[ra]nt mede onsse buijerman ende heeft hem
selven gestelt ende geconsalineert stelt ende costilineert
hem midtsdezen voorde voorn[oemde] Maerten Gerit Maert
Simonsz
zijn schoonvader als principaele borch
belovende inde zelve qualijte alle gebrecke
die aende betalinge sal wel vande hooftsomme
als van de voors[chreven] losrenten soude moegen comen
selver opte uithaen ende al voldaen dae rtoe
verbindende specialijcken tot eenen onderpant
stellende meede midtsdezen een madt maedts
leggende int huijer landt gemeen met Thijs
Jacobsz
in onssen voors[zegde] banne belent aent
 

de dijck aende noort oost zijde Cornelis Willemsz
aende zuijtwestzijde Pieter Jansz de Outwes
ende aende zuijtoost endt Roeloff Engelsz
stellende t zelve ende zijne persoon mitsgaders
alle zijne andere goeden tot bedwanck van
alle rithieren[?] omme daer achter volgen
verhaelen all dat voors[zegd] is met alle die
costen schaeden ende interesten ende swaericheeden
die den voorn[oemde] goodshuijsse eenichsins ter
oorsake van dezen soude moeen opcomen t zij
van versweegen lasten oft anders hoe die
weschen mochten renunchierende hijer op
t beneficie ordinis ende excussionis
dicterende dat men den principael eerst soude
moeten met recht aenspreecken ende in zijn goeden
discusseren aleer men den borghen moeijelijck
souden moegen vallen ende voorts alle exceptien
relieven ende beneficien van rechten die
eenichsins contrarie dese te bate soude
moegen connen ende noch compareerde
mede voor ons schout ende schepenen voorsz[egd]
Corn[elis] Pieter Jutten poorter tot Haerlem ende
heeft hem zelven mede verbonden ende verbindt
midtsdezen voor de origneele constituant
ende zijne principaele borge als waer borge
belovende alle t geene die voorn[oemde] goodhuijse
hijer inne ende ten saecke voorsz[egd] aende voorsz[egde]
origineele constituant ende zijne principale
borge te corte soude moegen comen in zijn
prive name selver opte richten ende voldoen
onder gelijcke verbande van goede[re]n ende
prerogatien van rechteren als boven des
beloeffde die voorn[oemde] Maerten Gerit Maer
Sijmons
voor hem zijnen erven ende naecomelingen
die voorn[oemde] beijde zijne borgen haeren erven ende
nacomelingen van de voors[chreven] borchtochte te
indempneren costeloos ende schaedeloos al handen
onder gelijcke oblien[] alsboerende t voorn[oemde] sal
hebbe ick schout voors[chreven] dezen brieff in presentie
 

CXIJ

van Baert Claesz Boschman ende Willem Gerits schepenen
tot Assendelft die dezen midts zij zelver geen
zeegelen zijn gebruijckende onderteickent hebben
ten versoucke vande voors[chreven] comparanten beseegelt
met mijnen zeegel hijer beneden aengehangen
opten naestlesten dach in meij anno XVc vijffende
tnegentich

 

t merck
Willem

I van              bij mijn Baert Claesz Boschman
I Geritsz


Homepage | E-mail