W

ij Jan Jansz Peet gecommitteerde schout Henrick Henricxs
ende Jan Jacobsz Banning schepenen tot Assendelft doen kondt
allen luijden dat voor ons gecomen ende gecompareert is Claes Corn[eli]sz
Korssen onse buervrijer ende hij comp[aran]t bekende voor hem sijnen erven
ende nacomelingen wel ende wettel[ijk] vercost gecedeert ende getransporteert
te hebben vercoste cedeerde ende transporteerden bij desen ten eenen
vrijen eijgne de weduwe ende kinderen^{van Cornelis Claes Noemen} de gereche helft van t leeg
erff t welck lest bij Stijn Maertens sal[iger] is bewoont ende beseten
geweest soo groot ende cleijn als t selvige leggende is binnen onsen bane
int suijd eijnde van Assendelft belent ten noorden Costen Simon
ende noordwesten den vercoper ende dat voor den somme van
een en t sestich kar[oli] gul[den]s gereet gelt ende hij comp[aran]t
belkende in voorsz[egde] cooppen[ningen] den lesten pen[ning] met den eersten
al ontfagen te hebben en[de] dien volgens voor den cope ende opdrachte
van voorsz[egd] halff erffge al voldaen en wel vernoecht te wesen
belovende voorts t voors[egde] vercoste erffgen[amen] te vrijen ende te waren
gelijck men vrij erff inden ban van Assendleft schuldigh is te

de veertich
ste pen[ning] is
betaalt
f 1,,10,,8

vrijen ende te waren al vrij sonder eenighe beswaernisse van
pachten ofte renten anders dan met lasten als anderen
bueren erven subject ende schuldigh sijn te dragen ende waert saecke
datter aende waernisse vant voors[zegde] halve erffgen eenighe
gebreck geschiede viel ofte quam ende niet vrije en waer als
voorsz[egd] is soo sullen de voorn[oemde] kopers heuren erven ende naecomel[ingen]
altijt vrij vast ende wel gehouden wesen omme t haer te mogen
verhalen aen alle des voorsz[egde] comp[aran]te sijnen erven ende nacomeling[en]
goede[re]n roerende ende onroerende present ende toecomende egeen ter
werelt uijt gesondert met bedwanck van all rechte ende
rechteren sonder fraude toirconde ende in des waerheijts
kennisse hebben wij gecommitteerde schout ende schepenen
voorsz[egd] desen brieff onderteijckent op ten XXV ^en februario an[n]o
XVJ^c negen en dertigh

Ijan Iansoon Peet
Heijndrick Heijndricksz
Jan Jacob Banning