Jacobsz |
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot eemskerck, Jan Ariens Hogewerf, ende Hendrick Doornbos schepenen aldaer, oirconde ende kennen, dat voor ons gecomen en verschenen is, Sijtie Arents weduwe van saliger Jan Louris Backer woonende alhier, dewelcke bij desen bekende verkogt quijtgescholden ende tot een vrijen eijgen opgedragen te hebben aen en ten behoeve van Jan Louris Backer woonende mede alhier, een huijs ende erve staende ende gelegen binnen desen dorpe inde kerckbuert. belent ten oosten de gemene weg ten westen Pieter Pieters Heijn, van welcke ver- copinge en opdragte sij comparante bekende al wel ende ten vollen voldaen en betaalt te sijn, ende dat mette somme van f 500-0-0 gereet gelt, stellende daeromme den voornoemde coper in volcomen
possessie ende eijgendomme vant voors huijs ende erve, belovende oock het selve ten allen tijden te vrijen ende waren van alle lasten paghten, renten, evictien, ende creditien daert selve voor dato deses eenighsints mede belast ofte beswaart moghte wesen, alles naer reghten van de lande ende costume van onse dorpe onder verbant als naer reghten, T'oirconde dese bij mij schout voornoemt besegelt, ende bij ons schepenen geteeckent, den 19 junij 1702 |