solvit den 40e penn[ing] en 1/10 verh[oogt] f2:13:14 |
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot heems- kerck, Jan Sijmonsz Schuijt, en mr. Pieter Ver- hammen, schepenen aldaar, oirconde en kennen dat voor ons gecomen en verschenen sijn, Arijen Bos, als in huijwelijck hebbende Ariaentje Bou- wen Blom, soo voor haar selfs, als mede voor sijn swager Cornelis Pietersz, als in huijwelijck hebbende Hilgont Bouwen Blom, Cornelis Bouwen Blom voor sijn selfs, Item noch gesamentlijck innestaande voor Jacob Blom, bij absentie van deselve, voor de ene helft, Aalbert Janz Baar- ten voor sijn selfs , Sijmon Tomasz als in huij- welijck hebbende Trijntje Baarts, alsmede innestaande voor sijn swager Claas Baartsz, bij absentie van deselve, Maartje Jans voor haar
selfs, Cornelis Pietersz Jon als in huijwelijck hebbende Cornelissie Jacobs, Jan Pietersz van Bergen als in huijwelijck hebbende, Willem- pie Jans, en Jan Sijmonsz Schuijt voor Maar- tje Gerris, bij absentie van deselve, voorde an- dere helft, dewelcke bij desen bekende vercogt quijtgescholden en tot een vrijen eijgendomme opgedragen te hebben, aan en ten behoeve van Arijen Bos, wonende binnen desen banne opt hoogdorp, een huijs en erff, staande en gele- gen binnen desen banne opt hoogdorp, groot het erff 360 roeden en een stuckje lants gelegen voort huijs, genaamt de hoffstee groot 160 roeden belent ten suijden Jan Sijmonsz Schuijt, ten noorden Cornelis Seijle- maacker, ten oosten de wegh, ten westen Jan
Hogewerff en is belast met een notwegh van de agtercroft, van welcke vercopinge en op- dragte sij comparanten bekende al wel en ten vollen vernoegt, voldaan, en betaalt te sijn, en dat mette somme van f 98-0-0 gereet gelt, stellende daaromme den voornoemden coper in volcomen possessie en eijgendomme, vant voors huijs erff en stuckjelants, belovende oock deselve |
| ten allen tijden te vrijen en te waren, van alle lasten, pagten, renten, evictien, en credi- tien, daart selve voor dato deses enigsints mede belast ofte beswaart mogte wesen alles naar regten van den lande, en costume van onsen dorpe, stellende daar voren ten onderpande, specialijck hare personen, en generalijck alle hare goederen, roerende en
onroerende, present en toecomende, gene uijtgesondert, maackende alle deselve subject, voor alle regten, regteren en executien, t'oirconde dese bij mij schout voornoemt besegelt en bij ons schepenen ge- teeckent op den 31 meij anno 1720 A.v. Coevenhoven |