Solvit den XL penn[ing] f1:16:12 Xde verhoog[ing]e : 3:10 | Wij Johannes van Coevenhoven
Schout tot Heemskerk, Jan de Wit en Hillebrant Hendrikz, schepenen aldaar oirconde en kennen dat voor ons gekomen en verschenen sijn, Dirk van Toorn, wonende op Assum en Willem Velserman, wonende tot Velsen, soo in hunne privé als innestaende ende rato caverende voor de verdere erfgenamen van Jacob Kos, dewelke bij desen bekende verkogt, quijtgescholden en tot een vrijen eijgendomme opgedragen te hebben aan en ten behoeven van Floris Jansz, wonende aan Heemskerkerduijn, een stuk teelland leggende binnen desen banne, genaamt Zeijties kroft, groot 1200 roeden, belent ten westen de Kleijne Houtwegh, ten noorden Jan Reijerz, ten oosten Jochem Sedders en ten zuijden Hendrik Gerritz. De gemene lands
lasten en binnelandse onkosten sullen voor reek. van de koper ingaan met nieuwejaar 1756 van welke verkopinge en opdragte sij compa ranten bekende al wel en ten vollen vernoegt, voldaan en betaalt te sijn in dat mette somme van f 73 : 9 : - gereet geld. Stellende daaromme de voorn[oem]de koper in volkomen possessie en eijgendomme van het voorsz[egde] stuk land, belovende ook het selve ten allen tijden te vrijen en te waaren van alle lasten, pagten, renten, evictien en creditien daar het selve voor dato dezes enigsints mede belast ofte beswaart mogte wesen, alles naar regten van den lande en costuume van onsen dorpe. Stellende daarvoren ten onderpande specialijk haar comparantens perzoonen en generalijk alle haare goederen, roerende
en onroerende, present en toekomende, geene uijtgesondert. Makende alle dezelve subject voor alle regten, regteren en executien, toirconde deeze bij mij Schout voorn. bezegelt en bij ons schepenen geteekent op den 2 december a[nn]o 1755 |