solvit den XLe
penn[ing] . . .f :-2: -
Xd verhoog[t] -:- : 4 |
Wij Johannes van Coevenhoven
schout tot Heemskerk, Sijmen Sierken en Jan Aker,
schepenen, aldaar oirconde en kennen dat voor ons
gekomen en verscheenen sijn, Floris Jansz Schermer
en Pieter de Vries, in qualiteijt als Armen voogden
van Heemskerk, en gequalificeert sijnde van schout
en schepenen aldaar met approbatie van goedkeuringe
van den wel Edele gebooren heer deeser heerlijkheijd
volgens acte ter secretarije gepasseert, in dato den
6e januarij 1769 dewelke bij deesen in bekenden verkogt,
quijtgescholden en tot een vrijen eijgendomme opge
dragen te hebben, aan en ten behoeven van
Trijntje Pieters weduwe van Pieter Pieters, wonen
de alhier aan duijn, een stukje teelland,l eggende
binnen deesen Banne, genaamt Van de Regeliers
aan de Duijnder Streng, gemeen met de koperse
groot 116 Roeden, belent ten suijden de voorn[oem]de
Duijnder Strengh, ten noorden Floris Schermer, ten
westen de koperse, en ten oosten Engel Dirks[zoon] Koen
de gemeene lands lasten en binnenlandse onkosten
sijn voor reekening van de koperse ingegaan met
nieuwe jaar 1769 Van welke verkopinge en opdrag
te sij comparanten bekenden al wel en ten vollen
vernoegt, voldaan en betaalt te sijn, en dat mette
somme van 4.-.- gereet gelt. Stellende daar
omme de voornoemde koperse in volkomen pos
sessie en eijgendomme van het voorsz[egd]e stukje
land. Belovende ook het selve ten allen tijden
te vrijen en te waaren van alle lasten, pagten,
|
|
renten, evictien en creditien, daar het selve voor dato
deeses eeningsints meede belast, ofte beswaart mogte
weesen, alles naar regten van den lande, en costuume
van onsen dorpe. Stellende daarvoren ten onderpande
alle de goederen en innekomsten, toebehorende aan
den Armen alhier, soo roerende als onroerende
present en toekomende geene uijtgesondert, makende
alle deselve subject voor alle regten, regteren en exe
cutien. T' oirconde deese bij mij schout voorn[oem]t bese
gelt bij ons Schepenen geteekent den 4e april a[nn]o 1769 |
