opdragte Westwoude | 255 Wij Jan Jansz, Jan Maat ende Cornelis Sijmonsz Roos schepenen der stede Westoude cum annexis doen condt dat voor ons in eijgener peroone compareerde den e[erbare] Pieter Jansz Ruijter als burgemeester tot Westwoude de welke gelijde in die qualite soo voor hem selfs als van wegens de verder regenten tot Westwoude ende met derselver toestemminge in een vollen ende vrijen eijgendomme te cedeeren transporteeren op ende over te dragen bij desen voor de agterstallige ongelden aan ende ten behoeve van den e[erbare] Volkert Groen wonende tot Westwoude een stuk graslandt groot in onkosten twee morgen twee hondert roeden genaamt Aagtes landt
gelegen tot Westwoude met het eijnde aan de Swaagdijk slot belent Cornelis jansz Snippevanger ten oosten Corn[eli]s Jacobsz ten westen toebehoort hebbende Dirk Wit dog door wanbetalinge der ongelden aan het dorp van Westwoude vervallen ende dat met soodanige vrij en onvrijdommen geregtigheden ende serviteuijten als het selve besetenn is stoots voets sonder eenigen meerderen last ofte beswaar nisse anders dan de ongelden ordinaer en extraordinair van den jare 1709 ende vervolgens welke ongelden door den voorn[oemd]e Volkert Groen mede voor ons schepe nen compareerende ten zijnen laste aangenomen zijn te voldoen ende betalen sonder eenige exceptie weshalven den voorn[oemd]e Pieter Jansz Ruijter qualitate qua als boven den gemelden Volkert Groen bij desen ver
klaarde te stellen ende versten in de reele en dadelijke be sittinge van het opgemelde landt voorn[oem]t elk onsen zegel hier onder aangehangen op den XXIe augustij a[nn]o XVIJ c een en twintig |