Aerian Oloffs ende Cornelis Hillego[n]ts [ge]tuijgen dat Jan Pieter Copperts
hem verbonden heeft te betalen Jan Jan Tae[m]s al[ia]s Coopal
de som[m]e van XVJ g[u]l[den] ende te vrijen als custinge voor meije
naestcom[ende] p[rese]nt Corn[elis] Meijerts, Jan Pieter Siericx ende
Cl[aa]s Corn[elisz] schepenen
. . . . .

. . . . .
                            den IIIJ^en junij

Pieter Cornelissz van Hensbrouck als man en voocht vna
Claer Claesf[octe]r zijn huijsvrou ende Claes Entz poorter alhier
tot Spanbroek als voocht van d[e] versz[egde] Claer Claes kinderen
geprocreert bij sa[lige]^r ged[]ⁿ Dirck Pieter Dircx wijlen poorter
van Spanb[roek] versz[egd] verclaren d voorsz[egde] wedu[we] ende kinder van
malcanderen gedeelt te sijn bij vrunden ende arbijters als hier
in volcht eerst d versz[egde] Dirck Pieters kinderen sullen behouden
dertjoem jpmdt em XIIS r[oeden] lants in oncsoen butendijck
genaempt t zame[n]lant bijlent Claes Maertsz aenden oostzij
ende Claes Olofs aenden west noch sullen d voorsz[egde]kinderen
van haer voorsz[egde] stiefvader gebuijren an cusin op de toegifte
van lant tusschen hu[n]luijden gedeelt die som[m]a van hondert
en vijventzeventich carolijk gulden van XL groo[te]n vlaems
t stuck verschijen[de] op meije a[n]no XV^c ende tweetzeventich
welcke pen[ningen] de voocht alsdan ontfange[n] zal bij vrunden raedt
tot zijne goedtduncken ten oorbaer van[de] voorsz[[egde] kinderen uuijtstellen
 

ende sullen noch d zelve kinderen hebben van haere versz[egde]
stieffvader off moeder uuijt haren goed[eren] t zame[n] gebuijren
ende ontfangen soe wa[n]neer zij luijden tot haere m[n]dige jare
gecomen zijn elcx zijne portie die som[m]e van vijftich
carolij guldne eens elcx daer van zijn[e] portie off t staet

langer niet moet

daer tegen Pieter Corn[elisz] versz[egd] met Claer zijn huijsvrouw versz[egd]
sullen houden twee morgen binnen dijck in vier morgen
gemeen met Allertt Dircxz leggende voor Allerts duijr
met het endt wijsendts achter aen bijendt Sijmo[n]s
Floris Princhis vuer anden oost zij ende Jan Taems wedu[we]
aenden west zij noch coeijen bedden inbuijs huijsraet
ende diergelijck sal noch behouden ende ontfan[ge] of heeft
ontfan[ge]n alsulcke costin als van huijs en werf met
noch vijf hondt oudt zaedtlants bedongen is
daer tegens is gehouden alle schulden te betalen geen
uuijtgesondert d welcke tegenwordich op daer zijn
ende zeeckere pastrorije in erfpacht tot Hensbroeck
ende noch zeeckere som[m] van L off LX g[u]l[den] blijven
ongedelt ende is mede bevoorwaert dat
d voorsz[egde] kinderen tot huijre mondige jaren sullen
onderhouden worden bij den voorsz[egde] steiffvader en moeder
om behouven goet van costen cleren ende diergelijke
noottrufte in presentie van Cornelis Aerianssz
ende Claes Cornelisz ende schepen[en]