ik ondergesz[egde] secret[ari]s der stede Sijbekarsp[el] ende Benninbrouk versoght sijnde van Teunis Adriaans Mettis of desselfs schoonsoone Melis Cornelisz beijde wonende tot Benninb[roek] opte Redwijsent omme te attesteren ende te verklaren of het land bij haar req[uiran]ten verbonden voor de vrijinge en waringe van de geregte helfte van 1/4 paart in sate[?] landt toebehoort hebbende Katrijntje Cornelis en bij der e[dele] geregte der stede en heerlijkheijt Span brouk bijt regt van exwcutie verkost met eenigh speciaal of generaal verbant in de pro
thocollen alhier is beswaart zoo verklare ik
het zelve sulx in d[e] zelve niet te kunnnen vinden van den jare 1667 af tot heden toe der stede en heerlijcheijt Spanbr[oek]sulx dat de heeren regenten van Spanbrouk dien aangaande wel gerust mogen zijn actum den 20 decemb[er] 1680 t oircon de dezen getekent Claas Kos not[ari]s |