Oud Recht 5567 / 20v Spanbroek pdf13-06-2023 pag. 1

 

Wij Claas Spaans bailliuw en schout Jacob Groot en Aris
Sluijs
schepenen der stede ende heerlijckh[eu]t van Spanb[roek] doen
kond dat voor ons gecompareert is Gerrit Gerrit Adriaensz
Grob
wonende op zuijd Spierdijck binnen de banne van
Beckhout de welcke verklaerde wel endeughdelijk schuldigh
te zijn aen P[iet]r Pietersz Gootjes wonende tot Hooghkarspel
voor een derde ende noch aen deselve en Willem Jansz Hem

d nevenstaande somma
is voldaen volgens de
gerooijeerde custinghbriev
mij op heden vertoont
datum den 10 junij 1722
          mij present
 
          Akistemaecker

benevens Theunis Blocker als vooghden over d kindern van
Jan Joncker en Nanje Pieters mede voor een derde en
eijndelijck aen Diewer Sijmentsz weduwe en boedelhoudersse
van Elbert Sijmentsz Biersteker mede voor een derde part
een somme van tweehondert gulden oirspronckelijck uij tkoop en
opdrachte van drie vierde parten in een stuckje landt genaemt
halve Cappelle lantje gelegen op Spierdijk binnen dese jurisdicte
groot in dijk en scho een mor[gen] 163 3/4 roed[en] overmaet 205 roede
belovende deselve somme custinghpenn[ingen] aen de respective
verkoopers te voldoen op den 1 meij a[nn]o 1722
waer voren den comparant specialijcken verklaerde te verbinde
d voorsz[egde] drie vierde parten gekogte stuckje landt en voorts
generalijcken alle desselfs hebbende en verkrijgende goederen
onder den verbande als na rechten
t oirkonde hebbe ik bailluw en schout voorn[oem]t na dat de

solvti d XL pen[ning]

orginele brief en dese bij schepenen was getekent mijn zegel
daer opgedruckt desen 19 junij 1721
Jacop Groot                           mij present
Aris Sluijs                                 Akistemaecker


Homepage | E-mail