Oud Recht 5600 / 337 Obdam pdf28-04-2023 pag. 1

 

339

Wij Johannis Agricola balliu en schout der heerlijkh[eij]t
Obdam Sijmon de Groot en Claes Maers schepenen
aldaer oirconden en kennen dat voor ons zijn gecompar[eer]t
den e[erbare] Johan Hooglant lakenkooper tot Alkmaer en
Corn[eli]s Boots Dijkgraef van de Wogmeer de welke beijde
als uijt eenen monde opentlijk voor ons verklaerden
gezamentijk wel ende deugdelijk schuldig te
wesen de somme eens van vijfhonder en dertien
gulden 12 st[ui]vers aen ende ten behoeven van
Dirk en Sijmon Pietersz Slooves woonagtig op
langedijk mitsgaders Pieter Gertsz Burger wonende
op koedijk alle kinderen en kints kindt en vervolgens
erfgenamen van Neel Gootjes overleden op Langedijk
zijnde dit per reste van grooter zom[m]e en spruij dese
voorsz[egde] schult uijt voorige koop en gedane leverantie
van een halve cavel lant in de Wogmeer zijnde
de helft van B n[ummer]o 24 groot in omslag 1761 roed[en]
welk voorneomde halve cavel lant door de opgemelde
houders van desne wel aen haer comparanten
is getransporteert mits zij comparanten boven haer
reede betaelde en contante penn[ingen] op den 1 meij 1710
kos ten schadeloos sonder enige kortinge te zij onder
wat pretenti betalen in voldoeninge de voorgemelde
513=12=8 we;le belijdenis en oock de voldoening
op de voorsz[egde] tijt zij comparanten belooven gelijk sij
t selve zijn doende bij desen te zullen na komen
ende getrouwelijkvoltrecken dit alles ond t verbant
van haren comparanten personen en goederen gene
exempt dog wel bij sonder de opgemelde halve
cavel lants daer dese schult uijt spruijt voorts
onder t verbant en submissie als na regte
ende tot sekerheijt hebben wij schout en schepenen
alhier getekent de principalen gezegelt
en getekent na omse plaetselijke gebruijk

 

den 3 julij 1709
   Johan Agricola
         Sijmon d Groot
         Claas Piet Maars

mij present secret[ari]s
   tot Obdam
   Pittes


Homepage | E-mail