. . . . Claes van Buijten uuijten naem van Anna Reijers Jherusalems ghedaechden heeft van wegen als voiren den erfgenamen van Pieter Cornelisz (Jherusalems vader) pand ghewesen voir zeeckere anderhalf hondert gul[den] hooftgelt naervolgend den obligatie daer van zijnde bij den selven Jerusalem gepasseert ende bij hem selver ondergeteeckent aen alle den selven Anna Reijers goederen dien den kijnderen van Pieter Cornelisz sullen connen bevinden 't zij huijsraedt ofte anders. schepenen hebben den eijschers toegeschat alle Anna Reijers voirz[egd] goederen dien zij sullen cennen bevinden heur te competeren voir heuren achterwesen. . . . .
. . . . . . . . . . . . |