Opte 26en october an[n]o XVc 87 . . . . . . . .
Scheepenen gehoort hebbend den eijssch ende concluijsije van Jan Pietersz Fecke als procaratcije hebbend van Cornelis Jansz van Enchuijssen bedaen, op ende tegens joncheer Floris 't Serclaes ende den exceptcije van den offijcier als procaratcije hebbend van joncheer Floris den 28en april 1586 den welcken excijpieerde dat het selvijge nah voer een XIIIJ dagen soude gesteet werden, midts condijtcije ist bij aldien joncheer Floris over 14 dagen nijet in persoon en compareert dat hij alsdan soude werden geondempneertom den eijsser zijnen eijsch schepenen hebben 't selffde noch voor een 14 dagen in state gestelt. . . . . . . . . |