. . . .

Sijmon Pieter Jaep Heijns, Jacob Pietersz Slijper ende
Pieter Pieter Jaep Heijnis voor haer selven ende vervangende oock
haer starck maeckende voor Brecht Pieters ende Jannitgen
Jans haer suster ende ster suster suster dochter mitsg[aded[e]^rs
d erffg[enname]n van Lijsbet Pieter Jacob Heijnis bekennen vercost
te hebben aen Lijsbet Jan Walichs en haer kinderen IX s[nees]
saedlant onderdeel in ene acker groot int geheel omtrent
XIJ s[nee]s leggende aende westerwech belent Maerigen Jaep
Schippers ten oosten die wech ten suijen Bartelmieus
wed[uw]e en erven ten westen ende d erffgenamen van Aerian
Janssz ten noorden voor vrij etc[etra] bekennen voldaen etc[etra]
met XXXIIJ gul[den] van XL groo[te]n t stuck voor ijder s[nees] stellen
d vern[oemde] Lijsbeth ende haer soon ende dochter in volcomen possessie
etc[etra] geloven t samen ende elck een voor al insolidum
d selve IX s[nees] te vrijen nae rechte renuncierende tot dien
eijnde elck bij sonder d beneficien ordinis divisionis
 

 
H van Vollenhoven

fol[o] 140

et executionis haer bekennende van dien effect van dien wel
onderrecht stellen daer voor ten onderpande t samen
ende elck bijsonder haer luijder p[er]soon ende goedne etc[etra]
volgens d quijtscheldinge gepasseert voor Jan Jansz Wit
ende Jacob Pieters Koeman schepenen in dato den IX^en martij
1612

dit gepasseert den 30 januarij

1613

Lijsbeth Jan Walichs met haer soon Corn[elis] Corn[elis]z
verbinden t selve lant voor de kustinge ter somma van
XXXIIJ gul[den] ijder snees te betalen in gul[den] gereet d reste
op twe naestcomende karstijdne date uut supra

                    H van Vollenhove
 

. . . .