Thijs Aeriansz d voorn[oemde] man ende voocht van Aeff Jans die naeghelaten dochter van ende erffg[enaam] van s[aliger] Jan Heijndricksz Cleijnewal vercoopt draecht op end eschelt quijt aen Pieter Cornelisz Fecke Kistemaecker ende mede poorter tot Nieuwenieudorp die rechte helft onderdeel van een acker zaedtlandt groot int gheel omtrent viertien sneesen leggende in Nieuwenieudorp achter de Hooghezijdt belendt hebbende Jan Claes Dieuwers ten oosten Claes Claesz Smit ten westen daer van Lijsbeth Jan Bruijns ende haer kinderen die wederhelft toecomt voor vrij landt zonder eenich last opstal ofte onvrijdoom anders dan zijn odrinaris ende extra ordinaris landts
coste ghelijck beneden ende lendens dragen bekent van Pieter Corn[elisz] Fecke al voldaen ende wel betaelt te wesen den laesten pen[ning] met ten eersten met negen ende dertich gul[den] ende tien st[uivers] voor ijder snees bij hem comparant gheemploijeert tot aff doeninge van de schulden bijde voorn[oemde] Jan Heijndricksz nae ghelaeten als aende erffg[enamen] van sa[liger] Meijns Albertsdr ende oock aen die dochter van Neel Gerrits die laeste huijsvrouw van Jan Heijdricksz en anderen zoe hij comp[ara]nt verclaerde stelt daeromme d voorn[oemde] Pieter Corn[elisz] in reeelen ende actueelen volcomen possessie ende eijgendoom vande voorn[oemde] halve acker landts ghelovende hij compa rant in qualite versz[egd] d selve te vrijen ende waeren costeloos schadeloos van allen commer last ende opstal als men
vrij landt schuldich is te vrijen ende waeren nae rechte ende oock costuijme onser stede stellende daer voor ten onder pande een acker saedtlandt groot omtre[n]t XVJ snesen leggende opt oosteijndt in Nieudorp belendt hebbende d erffg[ename]n van Claes Molenaer ten noordne Thomas Jansz ten zuijden ende Barents boomgaert ten westen voort zijn persoon ende al zijn goede[re]n roerende ende onroerende geen ter werelt uuijtghesondert submitteer rende die tot bedwanck srechts ende executie shooffs van Hollant ende voort prorogatie van allen recht ende rechteren Cornelis Tijsz die soon van Aeff Jans als propriefane erffg[enaam] van Jan Heijndricksz voor hem selven ende vervangende zijn mede broederes ende susters fiticeert ende approbeert d versz[egde] vercoopinge ende quijtscheldinge doende aquite ende een eeu
wijgen affstant van bovegesz[egde] halve acker landts voor nu ende in toe comende tijde zonder bedroch toircon ghedaen voor mij Corn[elis] Jansz Kaes cooper ende Claes Pietersz schepenen den 23en januarij 1621 |