Pieter Cornelisz Fecke kistemaecker vercoopt draecht op ende schelt quijt aen Gerrit Sijmonsz mede onsen poorter een huijs erve ende boomgaert staende ende leggende aenden straet omtrent het westeijndt naest belendt met Corn[elis] Huijbertsz ten westen Cornelis Claesz Kruijff ten costen met een vrije reed op ende ganck door de laen op de westzijde voor vrij huijs van erve vrije reed en gang zonder eenijgen last opstal ofte onvrijdoom anders dan zijn ordinaris ende ectra ordinaris costen ghelijck buren ende lendens dragen bekent daer aff voldaen den eersten penn[ing] mette laetste stelt Gerrit Sijmonsz in possessie ende eijgendoom
etc[etra] ghelooft t zelve huijs erff boomgaerdt reed en gang te vrijen ende waeren etc[etra] stelt daer voor ten specialen hijpoteecque ende onderpande zijn huijs ende ervve staende ende leggende op de laghe zijde naest belendt met Stijn Baerts zijn moeder ten westen ende Claes Dirksz Schotvanger ten oosten voort zijn persoon ende al zijn goederen roerende onroerende etc[etra] volgende den quijt schelding brieve ghepasseert voor Claes Pietersz ende Pieter Jacopsz sche penen ende bezegelt bij Isbrandt van
st
Riedwijck schout van Nieudorper cogge in date den XVJen januarij 1637
Gerrit Sijmonsz verbint t versz[egde] huijs en erve voor de kustinge ter somme - XJc XX gulden
te betalen die een helfft t ghereet ende de vorder helft op twe naestcomende carstijden als carstijt 1637 en 1638 telckens de helft volgende een kustingbrieff date ut supra
