77 . . . . idem Jan Jacobsz ende Jan Jansz Keins schepenen nu ter tijt in Barsingerhorn en harinchuijsen wesende doen coent een opgelicken dat voor ons gecomen is Reier Willemsz eene poorter tot Harinchuijsen kenne ende belie voor hem ende sijnen erven sculdich te wesen ende ontfangen te hebben wat hem ende van Rens Siemoenss ende Reier Pieterssz als voecht[?] van Cornelis Wijerts die drie ouste kinderen daer hij geteelt heeft bij Katrijn Rens dochter der zomma van tsestich stuive carolij gulden hooft gelt mijt die rente ende
s__ vijff en viftich |