fol[io] 1

    16             13       12
Maertie Grietie Aegje
             10
en Lijsbeth Huijbers
kinderen van Huijbert
Brouwentsz Slommer ende
Ariaentie Poulus
 

Compareerden ter weescamere
tot Koedijck Gerrit Bouwentsz Slommer
als oom ende Pieter Jansz Rus beijden
woonende tot Koedijck en bij weesmees
teren alhier aengestelde voogden over
gemelte kinderen ende verclaerden
deselve kinderen haere vaders en
moeders erffenisse ter weescamre
te hebben gebragt in voegen als volgt

Eerstelijck is in den boedel
bevonden aen contant geld
de somme van hondert agt
gulden zeven stuijvers
en agt penningen dus
hier deselve                    f 108-7-8

Nogh is gecomen van den
vercoste boedel koebeesten
meubilen goederen huijsraet
 

boere en bouw gereetschap
bij de overledene nagelaten
de somme van negen
hondert agt en t negentig
gulden twaelff stuijvers
en twee penningen suijver
geld dus alhier volgens
gemelte boelcedulle
aen weesmeesteren vertoont
comt deselve                    f 998-12-2

Een stuck weijdlant gelegen in de
banne van Outcarspel groot tien
geersen genaemt de Gabelweijd belent
Pieter Rus ten zuijden ende kinderen
van de heer Willem Bijl ten noorden

Nogh een stuck weijdland gelegen
als voren groot tien geersen genaemt
de Beunties belent de Sasker sloot ten
zuijden en Pieter Rus ten noorden

nogh een stuk land gelegen inde
Diepsmeer groot negen geersen genaemt
het Blomstuck belent Corn[elis] Nierop
ten zuijden ende Groote togt ten noorden
 

Nogh een stucke land in de Moorsmeer
groot ontrent vijff en een halff gars belent
Pieter Jansz Prince ten oosten en Cornelis
Backer ten westen

Nogh een stucke land gelegen in de banne
van Noord Scherwout groot thien en een
haff gars genaemt de Hanse weijd belent
do[min]^e Rijpland ten zuijden en t slootje sonder
weerga ten noorden

Nogh een stucke weijdland gelegen in
de Grebmeer in de banne van Warmenhuijzen
groot vijff en een halff gars belent Cornelis
Arentsz ten zuijden en de ringsloot ten
noorden

Nogh een stuck weijdlant gelegen
in de Clavender polder in de banne van
Bergen groot zeven geersen belent
Jan Ijffsz Schotfanger ten zuijden
ende Mangelsloot ten noorden

Nogh de geregte derde part in een stuck
land gelegen tot Ursem groot in t geheel
ontrent vier en een halff gars belent de
gemeeene vaert ten noorden

Laestelijck nogh de kooppenn[ingen] van
een huijs ende erve bij den overledenen
 

op het noord eijnde deser dorpe
nagelaten en met goed vinden van
weesmeesteren in publijcque veijlinge
vercost voor de somme van hondert
en drie en tweintigh gulden
                                   segge f 123-,,-

van alle welcke gelden in en uit
schulden de gemelte voogden aen
nemen behoorlijcke reeckeningh
bewijs ende reliqua te doen ende
kinderen in alles wel te onderhouden

Actum ten weeskamer tot Koedijck
den 28^e decemb[er] 1724 en in oirconden
bij ons weesmeesteren getekent
           Jan Jansz Groot
           Willem Jacobsz de Jongh

den 11^e april 1726 hebbende voorsz[egde] voogden
npgh doen registreren bij amplliatie
van t voorsz[egde] bewijs een tuijntie gelegen
op het noordeijnde agter Cornelis
Stammis groot ses sneezen
 

Compareerde voor weesm[eeste]^ren
tot Koedijck Gerrit Bouwentsz Slommer
ende Pieter Jansz Rus als voogden
over de kinderen van Huijgert Bouwentsz
Slommer ende Ariaentie Poulis ende
verclaerde de goederen van gemelte kinderen
grootvader Poulus Jansz Doets overleden
in de Beemster ende haer aangeerft
al hier ter weescamere te hebben doen
registreren

Eerstelijck een sesde part in een
huijsmans wooninge met twee en twintigh
morgen land daer bij staende ende leggende
in de Beemster aende Oosthuijzer wegh

Nogh een sesde part in agt morgen land
gelegen tot Abbekerck
Actum ter weescamere tot Koedijck
den 11^e april 1726

      Jan Jansz Groot
      Cornelis Pieters Backer