den 1e maij 1702 is den 40 pen[ning] betaelt aan collec teur Dirck Foreest 25 g[u]l[den] met -6-5-0 | Linschoten en Jan Clasen van Snelderweert lantgenoten van Heeswijk inden landen van Montfoort gerechte jurisdictie ende heerlijckheden van de wel ed[ele] heer Charell Parmentier heer van Heeswijck Achthoven Colenbergh etc[etra] raed ord[ina]ris inden ed[ele] hove van Utrecht oirkonden dat voor ons gekomen sijn inden gereghte Jacob Willemsen van Bemmel en Anna Leenderts eghte luijden die bekenden wel ende deugdelijk schuldigh te wesen aan ende ten behoeve van Alphert Beijen chirurgijn binnen de stede Montfoort de somme van vier hondert carolij guldens uijt sake van deughdelijcke
aangetelde penningen bij de comp[aran]ten uijt handen als voorn[oemd] wel ende al ontfangen ende in haren oor baar gebruijkt belovende daar van interesse te betalen na advenand vier guld[en] ende tien stuijvers van t hondert sijn inganck genomen hebbende met den eersten novemb[er] deses jaars seventien hondert ende twee ende soo verders tot de effectuelle voldoeninge off afflossinge van de hooft somme toe die tot allen tijden sal connen ende moeten geschieden mits den anderen drie maanden voor den verschijndagh waar schouwende stellende tot den speciaal hijpoteecq tot onderpant voort gunt voorsz[egd] is seekere ontrent verte drie mergen vreijlant gelegen in desen gereghte van Heeswijck ende aan den voorsz[egde] Jacob Willemsen van Bemmel
getransporteert op den 8 maij 1702 deses jaars daar ten oosten Jan Isbrantsze van Blocklandt ende ten westen joffr[ouw] Alleta Monincx naast gelandt ende gelegen sijn streckende voor ten noorden uijt de halven thiendewegh ende ten zuijden tot vierdalve voet over den Blocklantsendijck als gebuere landen aldaar versoekende dat het voorsz[egde] hypotheecq daar voor ver claart magh worden pantbaar ende execuatabell t welcke bij desen is geschiet voor d naar dat geble ken was den 40sten pen[ning] hier van te sijn betaalt voor Dirck Both schout ende lantgenoten voorge noempt binnen Montfoort int gereght huijs van Heeswijck op den 14 9b[er] 1702 ontrent de clocken twaelff uijren | |