24

. . . .

Op den dach van huijden compareerde etc[etra] Willem
        van Ravesteijn als procur[eu]r van Cornelis Jansz
Caescooper tot Nieuwe Niedorp patroon en

Ravesteijn

Sijmon Willemsz Keuck posseseur van een vicarie
laicael imp[etran]t van mandament in cas van maincte
nue die uijt crachte van dien voor desen hoogen
rade hadde gedaen dachvaerden de kerckmeesters
weesmeesters ende regeerders van Nieuwe Nie
dorp ged[aagde]^ns int selve cas ende doende eijsch con
cludeerde in appel dat de imp[etran]ten gemaingteneert
gestijft ende gesterct sullen werden in possessie
velquasi van vicarie ende van goederen daer toe specte _rende
 

alles breder int voors[chreven] mandament geroert
ende de ged[aagde]^ns gecondemneert alles tot hinder ende
empesschement d imp[etran]ten in de selffde possessie
gedaen als qualijck en t onrechte gedaen costeloos
ende schaedeloos aff te doen met interdictie van
gelijcken meer te doen ende dat d imp[etran]ten bij provisie
sullen werden geadjuncieert de recredentie maeckende
eijsch van costen ofte anderen fijnnen ende conclusien
d voorn[oemde] imp[etran]ten oirbaerlicxt sijnde omme waers
jegens t antwoorden ofte excipieren Marten Deijm
als procur[uer] vande voorn[oemde] imp[etran]ten sonder t advoijeren
de qualiteijt die d voorn[oemde] imp[etran]ten hen sijn adscriberen
dach genomen heeft tot den eersten recht dach naer
de aenstaende vacantie van aug[u]st]us soo hij te
reade werden sal gedaen in den hage den
XXVIJ^en julij 1651

. . . .