Dese volgende lantlegger bij mij ondergesz[egd]
gemaakt inden jare 1697 ik hebbe mij bedient van een out resolutie boek in welke ik van de groote der Wogmeer landen en verpondinge van dien uijtger[e]kent inden jare 1697 bij de heeren jacob van Teijlingenbos en Willem Jansz Clamaijn als oock mede van 2 morgen boeken gemaakt in den jare 1672 en 1677 bij mijn pedesessent Jacob Cos oock mede van 2 caarten sprekende van de Wogmeeren groote hoewel deselve enigsints differeerde hebbe ik het zelve na de bester ordre en meeste overeenstmminge der boeken gestelt ik hebbe ook in den aanvang twee goede vrinden tot enige onderrigtinge gehadt met namen Cornelis Jansz Schouten heemraat
van de polder en Jan Boots oude heemraat om alsoo die voorgenomen werk niet alleen in goede perfectie te brengen maar tot een ligt voor mijns successeurs in officio ten oirconde desen getekent in Obdam Pittes penningm[eeste]r [zie scan voor kavels zelf] |