Notarieel 5075-9313 / 2790 Amsterdam pdf 24-05-2019 pag. 1

 

N°: 2790
chertepartij

Gepasseerd
16 en 17 junij
1727

 

jansen

 
 

 
 
 

N°: 187

 

 

 

Op heeden den zestienden en zeventienden
junij des jaars seventien honderd en seeven en
twintigh
compareerden respectievelijk voor
mij m[eeste]r Mathijs Maten de jonge nota
ris publicq bij den hove van Hollandt
geadmitteert tot Amsterdam residerende

de heer Jappe

 

 
g g:
 
 
 
 
 
 

# volgens de laaste
berigten

compareerden junij 16 en 17 a[nn]o 1727

de heer Jappe Wiggertsz woonagtigh hier
ter steede als bevragter ter eenre ende de
heer Adriaan Houttuijn als reder en
boekhouder en alsoo alle vervvan t schip de Oijevaar lang
131½ wijt 26¼ hol 12¼ en 4 dek hoogh
6 voeten gevoert werden de bij Dirk Oijevaar
als schipper en jeegenwoordig # leggende
beladen met zout tot Coppenhagen voor
welke schipper bij heer __tweede comp[aran]t
was inne staande alsoo als vervrag
ter ter andere zijde
ende verklaarden de comparantenwegens de bevragtinge
van t voorsz[egde] schip overeengekoomen te
sijn in manieren en op conditien hierna
volgende te weeten
dat de schipper met t voorsz[egde] schip (t
geen hij vervragter verklaart en belooft
voor t laden t sullen weesen hegt digt
wegecalfaat en voorsien van aller t
geen tot de nabesz[egde] reijse noodigh off
gebruijkelijk is) naar dat t voorsz[egde]
schip tot coppenhagen ontlost zal zijn
met den eersten van Coppenhagen voorn[oemd]
zal zijlen en navigeren na Narva
tot Narva gekoomen zijnde zal des
bevragters correspondent aldaar t voorsz[egde]
schip doen beladen met soodanige hout
waaren als de selve correspondent
daarin tot de volle off bequame
Ladinge toe zal gelieven te scheepen
en dat wel in den tijd van veertien
dagen binnen en voorts buijten op het
spoedighsten
 

+ en dat van de
voorsteeven af tot
aan de pompen toe
alles volgens noorts
vaders gebruijck
voor zoo ver t zelve
maar eenigsits
bequamelijk kan
geschieden

 
 
 

T schip tot Narva alsoo affgeladen
zijnde zal de schipper daar mede ___
___
ende koomen na dese stad Amsterdam
alwaar behouden weesende gearriveert
en hij schipper sijne van Narva af
gebragte houtwaare getrouwelijk
gelost en uijtgelevert hebbende
aan den bevragter off deszelfs ordre
soo belooft de bevragter bij desen alsdan
aan den schipper off desselfs regt heb
bende voor vragt bij den hoop te sullen
voldoen en betaalen een somma van
agt en dertigh hondert guldens en daar
en boven aan den selven schippers tot een caplaken
een somma van vijfftigh gulden __
    Voorts verbindt zigh vervragter bij desen
dat den voorn[oemde] schipper Ooijevaar bij t laden
en volstuwen van zijn schip tot Narva zooda
nige sorge zal dragen eeven of t zelve voor
reekening van hem schipper of zijne reeders
zelfs was en specialijk ook dat hij schipper
niet alleen het geheele schip maar ook
tusschen decks overal met hout waren
volstuwen zal + zulx dat dan ook het
cabelruijm volgestuwt en de touwen
uijt t zelve boven op t schip geplaats
zullen moeten werden zullende eghter
de schipper de vrijheijd hebben om in zijn schip
zoo veel ballast in te houden als hij tot
stijfte van zijn schip nodig oordeelen zal

wijders
 

Wijders zal avarij en pilotage mitgaders
mede de bovenlast zoo wanneer nament
lijkd de schipper bovenlast mogt neemen
werden gereguleert na costumen van
de zee
tot nakominge van alle t welke de compa
ranten wedersijts verbonden hunnen respective
persoonen en generalijk alle hare goederen
ende specialijk de bevragter de in te
ladene houtwaaren ende de vervragter
den bovengedagter schipper Oijevaar met sijn
voorsz[egde] schip en toebehooren van dien
alle t selvige stellende en submitterende
ten bedwangh en submissie als na reg
ten
Aldus gepasseert binnen Amsterdam ter
presentie van Johan George Erleman
en Philippus van den Broek Jansz als
getuijgen
                  Jappe Wiggen
                Adriaan Houttuijn
                Johan George Erleman
                Philippus van den Broek Jansz

qoud attestor
M Maten de jonge
not[ari]s publ[iek]


Homepage | E-mail