1:10:

den testateur heeft
sig verklaert benenden
den 2000 g[u]l[den] gegoed
te zijn

deze instrumente
van uijtterste wille
is geen fideicomiss
ter werelt in sig
hebbende

 
 
 
Op den 28 januarij 1761
compareerde voor ons Jan d Jong
en Dirk van der Meulen scheepenen der
steede Abbekerk en in presentie van den secre
taris Jan Dool aldaar Albert Ouwevaar
woonende in de watermolen bij Coppershorn
onder Lambertschage deselve ziek te bedde
leggende dog egter sijn verstant en uijt
sprake magtig en wel gebruijkende ende
de welke verklaarde uijt aanmerkinge van
de sekerheijt des doots en de onseekere
uure van dien te rade geworden te sijn
over sijne tijdelijke na te latene goederen
vrijwillig eenigsints te disponeeren en
dus in deeser voegen eerstelijk en
alvoorens verklaarde nog den testateur
dat hij in der tijt aan sijne kinderen
eenige penningen te hebben opgeschoo
ten ende geleent en dus met naame
aan sijn zoon Jan Albertsz een zomma
van twee hondert ses en dertig gulden
aan sijn soon Claas Albertsz eene som
ma van een hondert drie en
 

t seventig g[u]l[den] aan sijn nu overleden dogter
(waar van agtergelaten kinderen zijn) Maartje
Alberts eene zomma van een hondert en
dertig gulden en laastelijk aan sijn soon
Dirk Albertsz een zomma van drie en
t seventig gulden

ende disponeerende den testateur en
seijde sijn wille te weesen sijne kinderen
ab intestato sijne goederen te laten erven
dog egter met desen verstande wanneer
er een of meerder van sijne voorn[oemde] kinderen
na overlijden van hem dese aan haar
gem[elde] opgeschoten penningen quame te
lochenen en wijgerende deselve in
boedel verheelinge te brengen alle zooda
nige kint of kinderen als dan te insti
tueeren alleen in de bloote legitime
portie sonder meer na scherpheijt van
regten deselve toebehorende

Aldus in maniere als vooren hadde
de testateur sig verklaart en seijde na dat
dese hem duijdelijk ware voorgelesen
t selve te weesen sijn uijtterste en laaste
wil en begeerte dat t selve sal effect
sorteeren als testament of codicil
 

Aldus gepasseert ter wooninge van den
testateur en hebben wij scheepenen en
secretaris ten oirkonde dese geteekent
ten dage als boven

        Jan Jansz de Jongh
        Dirk van der Meulen

              in kennisse van mij
                secretaris
                             J Dool