Wij Reijnier Hinlopen Baill[juw] en schout de heerlich[ei]t van Hoochtw[oud] en Eertsw[oud] P[iete]r Jansz oude P[iete]r en
Jan Jansz Cos schepen aldaar doen cont dat voor ons gecomen en gecomp[areer]t sijn Hendrick Claes van Winckel als man en voocht van Neel P[iete]rs Jan P[ieter]s Oijvaer voor hem selffs en Claes Arisz van Spanbroeck als man en voocht van Griet P[iete]rsz t[e] samen erffgen[amen] van P[iete]r P[iete]r Wijbrantsz en quiteren aen Claesz Gerritsz aen Gou een gerecht derde part van een stuck lants groot ont[rent] 3 m[orge]n 200 r[oede]n int geheel gelegen buijten Gou belent Corn[elis] Dirxsz ten suijden en P[iete]r Sijmons Dools cuiper[?] ten Noorden belo[ven] etc[etra] Pieter Jansz Oude Pieter Jan Janssen Cos Wij Reijnier Hinlopen bauliu en P[iete]r Jansz Oude P[iete]r
en Jan Jansz Cos schepen alsdaar doen cont dat voor ons gecomen en gecomp[areer]t sijn Hendrick Claesz van Winckel als man en voocht van Neel P[iete]rs en Jan P[iete]rs Oijevaar voor hem selven en Claes Arisz van Spanbroeck als man en voocht van Griet P[iete]rs d[ochte] en quiteerde aen P[iete]r Corn[elis] Vlaexs[?] een huis en erve staen[de] en leggen[de] in Hoochtw[ouder] Gou belent Corn[elis] Edde Smitsz ten suijden en P[iete]r Jansz oude P[iete]r met de hoge weijd ten noorden belo[vende] etc[etra] Pieter Jansz Oude Pieter Jan Janssen Cos |