1655

fol. 120

Wij m[eeste]r van Bijwaert bailliuw ende schout der
steede ende heerlijckheijtvan Opmeer Jan Joris Kaij
ende Sijmon Baertsz schepenen aldaer doen condt dat
voor ons gecomen ende gecompareet sijn d eerbare
Trijn Cornelisz weduwe wijlen Jan Jansz
woonachtich op den Veeckent in den banne ende juris
dictie van Sijbecarspel midtsgaders Jan Jansz
voor hem haeren egen^{woonachtich inden Hoochtwouder weeg} voor ende hem selven ende hem
sterck makende ende rato caverende voor sijn oudere
susters ende broeders ende bekenden sijluijden te saemen ende
elck van hen bijsonder in dier qualite voor haer haeren
erven ende nacomelinge verkocht gecedeert opgedragen
ende in vrijen eijgendoome quitgschouwen te hebben
aen ende ten behoeve van Pieter Wijbrantsz woon
achtich tot Twisk ende Jan Pietersz Ouwevaer residerende

solvit XL penninck
aan handen van
Adriaen Caijser

op den Hoochtwouder Gouwe soodanich stuck gront lant
als den voorn[oemde] Trijn Cornelis met aer kinderen ande
voorn[oemde] persoonen verkocht heeft groot omtrent
twee mergen drie honden ende acht en tachtich roeden
leggende buijten Gouw in desen versz[egde] heerlijcheijt
van Opmeer stootend voorts t selve landt
metten voet voor soo groot ende cleijn alst aldaer
gelegen ene belent is met onder Jan Dircksz te
suijden ende Wijbrandt Pietersz Kaijes te noorden
bekenden voorts van ese vercoopingen opdrachten
ende desen tranpoorten hier meede te vollen vernoecht
voldaen ende welbetaelt te wesen den laetsten
penninck met den eersten beloovenden
daeromme t selve versz[egde] landt groot onbelent
als booven voor allen opspraken naemaningen als
andere interpellatien costense ende schadeloos te
bevrijen ende vrij te waeren als nae rechten en
costuijme deser heerlijckheijt verbindende daer
voor ten onderpandt mij haerluijder persoonen
ende goederen roerende ende onroerende geen exemt
dien allen onder submissie ende ratio execussie van
rechten ende rechtel[ijk] met allen costen ende schaden ende
entersen van dien t oirconden soo heb ick off iner
versz[eg]t mij segel hier onde af gehangen ende bij der verma[]
schepenen geteeckent op den XXVIIJ maij 1655
                  Jan Jorisz Kaij
                  Sijmon Baertsz