nu Corn[elis] Jacobs Droogh als bij wettige naesting recht daer toe recht op hebbende van
Jan Oijevaer en Willem Oijevaer desen afgestorven erve hier geroijeert toirkonde Sijvert Schagen de hondert gulden gereet bedongen is aen Neel Dircks voldaen ende betaelt hier voor memorij h[eef]t den XL penn[ing] met 1/18 verhoogingh | Wij Jan Corn[eli]z Kuijper ende Cornelis Jansz Tol schepenen tot winckel oirkonden ende bekennen dat voor
ons gecompareert sijn geweest Jan ende Willem Pietersz Oijevaer poorters deser stede de welcke bekenden wettelijck gekocht ende ontfangen te hebben van Neel Dircks weduwe Cornelis Corn[els] Stoelematter mede poortersse deser stede een huijs en twee erfjes mitsgaders de boomgaert of hooge werff daer bewesten aen staende ende gelegen in toosteijnde alhier tot Winckel belent Sijmon Pieters Groot ten oosten Claes Lammerts ten westen item allen huijsraet ende imboel van de voorn[oemde] Neel Dircks oock linnen ende wolleln t welck t haren ovelrijden noch in wesen ende overich sal sijn vermits sij in haer macht behout die te mogen verminderen bij den hoop voor een honderdt gulden contant in daerevnboven jaerlijcx een vrije lijfrente van thien gulden op et lijf en
leven van de voorn[oemde] Neel Dircks waer van t eerste jaer lijfrente verschenen sal weden den eersten maij 1693 toekomende in dien sij Neel Dircks met zommen opgangh alsdan noch in t leven is en soo vervolgens van jare tot jare soo lange de voorn[oemde] Neel Dircks int leven blijven sal en ten overlijden van haer sal dese lijfrente mede afsterven doot ende te niet wesen oock sal sij Neel Dircks etc[etra] verbindende sij comparanten voor t gunt voors[zegde] mitsdesen ten specialen hijpotheecq ende onderpande t voorsz[egde] huijs de twee erfjes mitsgaders de boomgaert of hooge werff daer dese lijfrente van sijn spruijtende ende voorts generalijck haer comparanten persoonen ende vordere goederen etc[etra] t oirkonde hebben mij schepenen voorsz[egd] desen onderteijckent
ende den e[erbare] m[eeste]r Johan Alexander van Langschot onsen officier van de Nieudorperkogge laeten bezegelen op den 13 januarij 1693 | |