Op huijden den 2e april 1670 compareerde voor Corn[elisz Pietersz] Hoogewerf ende mij onderges[chreven] secretaris tot heerencarspel Jan Aerien Sijmons en Jan Sijmons Poorter

als voochden van het hier voorenges[chreven] wees kint en hebben ten overstaen vanClaas Aeris Jansz Sluijs van Spanbroek ende Sijmon Pieters van Nierop beijde oude oomen en bij Corn[elis] Jansz Nannis van Coedijk oom van t vers[chreven] kint en hebben haar reeckeningh gedaen van haer ontfangen en uijtgeve zedert de leste reeckeningh gevallen en bij t slot van reeckeningh bevonden meerder ontfangen dan uijtgegeven te zijn en onder Jan Aerien Sijmons berustende een somme van hondert ____twintich g[u]l[den]drie st[uivers] 12 pen[ingen] twelck inde toecoomende reekeningh moet worden verantwoort
Aldus gedaen ten overstaen in presentie als boven actum et supra mij ____ nots

M Campen
1670