Hendrik Jans en sijn suster Maritjen
Jans Zuijermans beijde wonende tot
Warmenhuijsen als mede erffgenn[amen: van
za[lige]^r Griet Dirks Zuijermans die
erffgenaem was geweest van zal[igep^r
Wijert en Trijn Dirkcx Zuijermans
Eijrs in cas van vlotregt

Contra

Jacob Jacobs Ojevaer, Adriaen Claes
Brouwer en Gerrit Jans Timmerman
ged[aagde]^ns in't selve cas

D'eij[sse]^rs seggen ende is waar, dat sij eij[sse]^rs als mede erffgenn[amen]: van de voors[chreven]
Griet Suijermans eijgenaers sijn geworden van een stuck landt groot
ontrent 16 g[eerse]n gelegen bij den Langereijs, welck voors[chreven] landt bij voorn[oemde] haer
eij[sse]^rs oom en moeijen is gekoght geweest van de vooghden van za[lige]^r Griet
Jans de Wit met deze expresse conditien dat het voors stuck landt ten
eeuwigen dage, behoude zouden een vrije reed en dreeff van de Langereijs
doorden boomgart van de voorsGriet Jans de Wit was van de ged[aagde]^ns
nu eijgenaars sijn[de] ende alhoewel het voors[chreven] landt oock die reede en dreeff
volgens voors[chreven] coops conditie altijd door die voors[chreven] boomgaert heeft gehad
namentlijck door het draijheck staende tusschen westen de voors[chreven] weijde en erff en soo
recht na den Langerijs hebben de ged[aagde]^ns sigh niet ontsien die reede en dreeff
door een dicht heck te sluijten en de eij[sse]^rs alsoo te beletten die voors[chreven] reede en dreef
volgens conditie ende voorgaende gebruijck te mogen hebben en alhoewel de
eij[sse]^rs de ged[aagd]^ns scheijden maal hebben inder minne aengesproocken om het heck te
openen en de rede en dreeff volgens voorgaende gewoonte en bedingh te laten
gebruijcken sijn sij dar toe onwilligh geweest    waerom de eij[sse]^rs q[]^en
dat de ged[aagde]^ns gecond[emneer]^t sullen worden het voors dichte heck te openen en de eij[sse]^rs
haer reede en dreeff door het voors[chreven] draeijheck en soo recht uijt door de boomgaert nae
de Langereijs te laten gebruijcken met interdictie het selven in toekomende wederom
met een dight heck te mogen sluijten nemaer de eij[sse]^rs die voors[chreven] reede en dreeff in
toekommende onverlet te laten gebruijcken alles met de costen van desen vlot rechte
ofte ten anderen sine etc[etra]

Raeu voor de ged[aagde]^ns antw[oord] seijt de eij[sse]^rs noijt een reede en dreeff over haar erff te hebben
geweijgert maar ter contrasie haar een bequame rede en dreeff aangewesen
 

sustinerende daer mede te mogen volstaen q[]^t om redenen (is't noot)
ter processe te deduceren dat de eij[sse]^rs met de reede en dreeff haer
bijde ged[aagde]^ns aengewesen bij sententie van schepenen sullen werden
veclaert te moeten te vreden zijn alsoo deselve ten meesten oirbaer
en minste schade soo wel van de eij[sse]^rs als gecond[emneer]^t inn de costen van desen
vlot rechte ofte ten allen anderen fine etc[etra]

Langeboer voor de eij[sse]^rs repl[iek] accepteert tot sijn voordeel dat de ged[aagde]^ns
niet alleen toestaen dat de eij[sse]^rs hebben een vrije reed ende dreeff door de
boomgaert bij eijsch gemelt maar oock daer en boven dat de reede en
dreeff altijt is geweest ter plaetse bij eijsch gemelt ontkent wel
expressel[ijk] dat een andere reed en dreeff de eij[sse]^rs oorbaerder bij de ged[aagde]^ns is
aengewesen slaat der halven het antwoort als frivool ende impertinent aff
en persisteren bij haer wel gedanen eijsch en conclusie voor repl[iek]

Raeu worden ged[aagde]^ns dupl[icaat] seijt dat de eij[sse]^rs niets ten haren voordeel hebben
te accepteren gemerckt sij ged[aagde]^ns vertrouwen dat de eij[sse]^rs den rechten
genoegh sijnde noijt sullen proberen dat de reed en dreeff van outs verder
als tot het huijs doen op de ged[aagde]^ns erff staende is geweest accepteert tot
sijn voordeel dat d eij[sse]^rs toestaen haer een reed door de ged[aagde]^ns te sijn
aengewesen en dat deselve ten meesten oirbair ende minste schade is bij de
agtb[are] heeren kan werden geinspecteert slaat daerom het replijcq als
frivool en impertinent aff ende pers[isstee]^rt bij de wel gedaene antwoort en
conclusie voor duplijcq

de eij[sse]^rs dienen van bewijs

Raeu voorde ged[aagde]^ns versoeckt daer van visie en lecture

schepenen gehoort de mondelinge pleijdoije tusschen partijen contendenten
gedaen gesien de notulen ende dinghtalen mitsg[ade]rs de stucken ende munimenten
ende op alles hebbende geleth[] doende regt adjudiceren de eij[sse]^rs haren eijsch ende
conclusie op ende jegens de ged[aagde]^ns in desen gedaen ende genomen ordoneren
vervolgens de ged[aagde]^ns het voors dichte heck bij eijsch gemelt te openen ende
d eij[sse]^rs haer reed en dreeff door het selve heck en soo recht uijt door de boomgaert
na de Langereijs toe te laten gebruijcken interdiceren verders de ged[aagde]^ns het
selve wederom met een dicht heck te sluijten ende d eij[sse]^rs d[ochte]r vers[chreven] reed en dreeff
in toekomende onverlet te laten gebruijcken ende condemneren de ged[aagde]^ns
in de costen van desen notrechte